De bouwondernemingen hoopten met hun deelname aan de aanbesteding puur in beeld te blijven voor toekomstige klussen, maar wilden de opdrachten niet binnenhalen. De bedrijven overlegden daarom met andere deelnemers over de weg-, grond- en waterbouwprojecten.

Door prijsafspraken kunnen opdrachtgevers, zoals in dit geval de gemeente Amsterdam, duurder uit zijn. „Als de concurrentie wordt vervalst leidt dit tot hogere prijzen, lagere kwaliteit en minder innovatie. Afspraken over inschrijvingen bij aanbestedingen zijn in strijd met de Mededingingswet”, zegt ACM-bestuursvoorzitter Martijn Snoep.

Uit het ACM-besluit komt naar voren dat de boete is opgelegd aan de relatief kleine hoveniers- en infrabouwbedrijven Compeer, NL 81, Germieco en Rutte. Die laatste aannemer kreeg een 10 procent lagere boete, omdat deze ondernemer de gemeente een schadevergoeding heeft betaald.

Illegale prijsafspraken stonden centraal bij een groot schandaal in de Nederlandse bouwsector dat in 2001 aan het licht kwam. Na een uitzending van het televisieprogramma Zembla werd duidelijk dat de overheid door onderlinge afspraken tussen honderden bouwbedrijven miljoenen teveel had betaald. Een parlementaire enquête naar de bouwfraude kostte onder andere Benk Korthals zijn positie als minister van Defensie.