Veerman versoepelt dierziekteregels
Varkenshouders en andere boeren met evenhoevige dieren zoals koeien, geiten en schapen zijn vanaf 1 november niet meer verplicht bij te houden wie hun bedrijven bezoeken.
Dat heeft minister Veerman van Landbouw maandag aangekondigd.
Hij wil enkele dierziekteregels versoepelen. Het gaat om preventieve maatregelen die de kans op een uitbraak of snelle verspreiding van dierziekten zoals mond- en klauwzeer (mkz) en varkenspest moeten verkleinen. De regels zijn ingesteld na uitbraken van varkenspest (1997/1998) en mkz (2001) in Nederland. Een aantal regels is overbodig geworden omdat de benodigde informatie op een andere manier kan worden achterhaald. Daarnaast wil Veerman de boeren zelf meer verantwoordelijkheid geven.
De vervoerders van dieren hoeven vanaf volgende week hun wagens niet langer op een geregistreerde wasplaats schoon te laten maken. Nu moet dat wanneer vier keer varkens of andere evenhoevige dieren in de wagen zijn getransporteerd. Dit laat onverlet dat veewagens na ieder transport op een gewone wasplaats moeten worden gereinigd en ontsmet.
De varkenshouders zijn niet meer verplicht hun dieren iedere vier weken via een steekproef te testen op blaasjesziekte. Wanneer andere Europese landen vragen om bewijs dat het geïmporteerde vlees vrij is van de ziekte zal het de verantwoordelijkheid van de boer zijn dat te regelen.
De versoepeling van de regels levert de boeren een lastenvermindering op van ongeveer 16,5 miljoen euro.
Boerenorganisatie LTO Nederland juicht de aangekondigde versoepelingen goeddeels toe. De sector wil volgens een woordvoerder vooral de gezondheid van de dieren op een zo praktisch mogelijke manier waarborgen.
Dat de verplichte test op blaasjesziekte verdwijnt, zint de varkenshouders echter niet. In het vervolg zullen ze daarom via een eigen systeem dat onderzoek doen. De test wordt meegenomen in die op salmonella en op de virusziekte Aujeszky.