Beeldverhaal: Cadeau voor keizer Karel
Nijmegen krijgt in 1543 hoog bezoek: keizer Karel V komt naar de stad aan de Waal, onder meer om de Sint-Nicolaaskapel, ook wel Valkhofkapel genoemd, te bekijken.
Bij zo’n feestelijke gebeurtenis mag een cadeau voor de vorst niet ontbreken. En wat is nu een betere plaats om een geschenk te geven dan de kapel die genoemd naar de vierde-eeuwse bisschop van Myra die vandaag de dag binnen –en ook ver buiten– roomse kringen nog altijd bekendstaat als symbool van vrijgevigheid?
Kunstenaars gaan aan de slag met het geschenk. Op de muren van de kapel schilderen ze plantmotieven en fantasiebloemen.
Wat de keizer ervan vond, is niet bekend. Wel wordt in later jaren duidelijk dat niet iedereen de werken waardeert. Misschien heeft dat ermee te maken dat –in het spoor van de Reformatie en later de Franse Revolutie– steeds meer mensen het niet zo positief vinden dat de kapel als eerbetoon aan Sint-Nicolaas is gebouwd.
Het cadeau wordt ‘verpakt’; het verdwijnt achter verschillende lagen verf. Het stadsbestuur weet te voorkomen dat het in 1796 wordt weggegooid door een streep te zetten door het plan om de kapel af te breken.
Verstopte cadeaus kunnen na enige aanwijzingen worden teruggevonden. Restaurateurs zijn daar door hun reinigingstechnieken ook in geslaagd bij de schilderingen. Het restauratieproject moet medio 2021 zijn afgerond.