Is besluit mondkapjes kwestie van ”u vraagt, wij draaien?”
Het dringende advies om in publieke binnenruimtes mondkapjes te dragen geldt voortaan voor heel Nederland; niet alleen meer voor de regio’s Amsterdam, Rotterdam en Den Haag. Hoe kwam het kabinet woensdagavond tot deze stap?
Nog maar net had premier Rutte tot een verruiming van het mondkapjesadvies besloten of PvdA-leider Lodewijk Asscher beende driftig naar voren. Zijn kritiek: Dit kan zo niet. Eerst een half jaar lang de boot afhouden, omdat het massaal dragen weinig zou toevoegen. En dan nu opeens een dringend, landelijk advies met als argument ”als de samenleving dat wil, doen we dat.”
Asscher eiste van Rutte een ander verhaal. „Voor de houding u vraagt, wij draaien, is de crisis te serieus”, sneerde hij.
Had de PvdA-leider gelijk? Voor een deel wel, want anders dan begin maart, toen Rutte het openhouden van de scholen eerst te vuur en te zwaard verdedigde en pas in het weekend na het debat omging, stelde hij zich woensdag wel erg flegmatiek op. Aftasten of er draagvlak is, lijkt gelet op de komende verkiezingen en gegeven de grimmige oppositie van PVV, Forum voor Democratie, Van Haga en Krol nog belangrijker dan in de eerste coronagolf. Dus nuttig of niet, onder de bevolking nam de weerstand tegen het mondkapje af en het spontane gebruik ervan toe. Verder prees een groeiend aantal deskundigen de gezichtsbedekking aan en dus besloot ook Rutte woensdagavond mee te doen. Onder het motto ”vooruit dan maar.”
Het besluit over het mondkapje gold tegelijkertijd als een nieuwe, tijdelijke liefdesverklaring tussen het kabinet en de oppositie. „Ik hoop dat wij elkaar vandaag niet alleen bestrijden”, sprak GroenLinksleider Klaver plechtig aan het begin van het debat. De Tweede Kamer moest daadkracht tonen, laten zien nog steeds in staat te zijn nieuwe stappen te zetten in de strijd tegen het virus. De abrupte besluitvorming werd zo ook het symbool van de tijdelijke, nieuwe eensgezindheid in Den Haag.
Het dringende advies geldt voor alle publieke binnenruimtes, maar voor welke precies denkt het kabinet vrijdag uit de doeken te kunnen doen. „Bijna overal waar je de hemel niet ziet, hoewel dat ook weer niet helemaal zal opgaan”, zo probeerde Rutte woensdag alvast toe te lichten. Gedacht wordt in de eerste plaats aan winkels, restaurants, cafés, theaters en concertzalen, maar ook aan musea, gemeentehuizen en (benzine)stations.
Wie eenmaal zit, mag het mondkapje weer afzetten. In de zaak van iemand met een contactberoep bedekt zowel de dienstverlener als de klant het gelaat.
Over de vraag wanneer kerken kunnen worden gezien als publieke ruimten zijn juristen verdeeld. Volgens de Wet openbare manifestaties vallen ze niet onder deze definitie wanneer ze door de rechthebbende zijn bestemd „voor de belijdenis van een geloofsovertuiging”, maar gezien de geest van het advies kan het niet anders of er zullen zondag ook kerkgangers met een mondkapje zijn. Intussen dient de volgende discussie zich aan: wat wordt er op de scholen verwacht?
Aan het overleg over de nieuwe gedragsregel ging nog wel een opmerkelijk moment van boetedoening vooraf. Het verplicht om 1.00 uur sluiten van kroegen en het verbieden van een samenzijn met meer dan 50 mensen, flutmaatregelen die zes Randstedelijke veiligheidsregio’s twee weken geleden kregen opgelegd, bleek bij lange na niet genoeg om het virus in te dammen. Het ingrijpen had sneller en beter gekund, gaf Rutte toe.
De gemoederen dreigden nog even hoog op te lopen toen –opnieuw– PvdA-leider Asscher het preventief gebruik van chirurgische mondmaskers in verpleeghuizen ter sprake bracht, maar de uitleg van zorgminister Van Ark bracht rust. Zij weersprak de beeldvorming dat het kabinet een advies van het OMT in de wind zou hebben geslagen om personeel en bezoekers in alle regio’s met de status zorgelijk en/of alarmerend mondkapjes te laten dragen. „Niet wij maar de sector zet de OMT-adviezen om in richtlijnen”, aldus Van Ark. „De richtlijn van de vereniging van specialisten ouderengeneeskunde Verenso beveelt aan om in elk geval in de regio’s met de status alarmerend over te gaan tot preventief gebruik. Voor de regio’s met de status zorgelijk geldt de instructie om dit „serieus te overwegen.” Naar schatting de helft van de verpleeghuizen geeft volgens Van Ark al uitvoering aan dit advies, een percentage dat volgens haar de komende dagen alleen nog maar verder zal oplopen.