Opinie

EU doet het in coronacrisis goed, maar moet dichter bij burger komen

Het coronavirus heeft de wereld in een zware crisis gegooid. Deze crisis raakt ook de Europese eenheid. De afgelopen week was er veel te doen om verschillen tussen ‘noord’ en ‘zuid’. De EU dient de solidariteit te bewaken.

Amy Verdun
3 April 2020 15:13Gewijzigd op 17 November 2020 07:28
Ursula von der Leyen, voorzitter van de Europese Commissie, kondigde op 19 maart de oprichting aan van de allereerste ”rescEU-voorraad medische apparatuur”. beeld AFP, Aris Oikonomou
Ursula von der Leyen, voorzitter van de Europese Commissie, kondigde op 19 maart de oprichting aan van de allereerste ”rescEU-voorraad medische apparatuur”. beeld AFP, Aris Oikonomou

Er zijn nu bijna een miljoen mensen met het virus geïnfecteerd en 50.000 mensen overleden. In Europa zijn Italië en Spanje het hardst geraakt, maar per hoofd van de bevolking zijn België en Nederland ook hard getroffen. Het aantal nieuwe gevallen in deze vier landen lijkt nu af te nemen, maar in andere landen moet het ergste nog komen. Deze pandemie stelt de EU voor een enorme uitdaging om ”eenheid in verscheidenheid” na te leven.

De EU doet het goed ten tijde van crises, ook al wordt ze, ironisch genoeg, doorgaans eerst zwaar bekritiseerd omdat ze ”te weinig, te laat” doet. Dat is nu weer zo bij haar reactie op de Covid-19-crisis: de EU zou onvoldoende snel middelen beschikbaar hebben gesteld en niet goed genoeg gecoördineerd hebben.

De EU-lidstaten hebben inderdaad verschillend gereageerd op de virusuitbraak. In sommige landen is het openbare leven meteen stilgelegd; andere landen namen een meer afwachtende houding aan. Gezondheid en welvaart verschillen enorm per lidstaat.

Niet te hulp geschoten

Critici hebben erop gewezen dat de EU-lidstaten die het meest lijden, zoals Italië en Spanje, ervan uit moeten kunnen gaan dat de EU en haar lidstaten hen zullen helpen. Immers, deze gezondheidscrisis is de ergste sinds de Spaanse griep van begin vorige eeuw. De bestrijding ervan zal bovendien een hoge financieel-economische tol eisen. Italië verwijt de EU en de andere lidstaten dat ze niet te hulp zijn geschoten toen het in Italië aan essentiële goederen ontbrak, zoals gezichtsmaskers, ziekenhuisbedden, testkits en spoedeisende hulpeenheden. Nu komt daarbovenop dat men op onbegrip stuitte bij een verzoek om financiële steun.

De EU moet nu deze crisis met twee handen aangrijpen en helpen. Hoe gemakkelijk is dat voor de EU? Het totale budget van de EU is ongeveer 166 miljard euro. Ter vergelijking: het steunpakket dat vorige week door het Amerikaanse Congres is geloodst, bedraagt twee biljoen dollar. De realiteit in de EU is dat belastingen en uitgaven worden gedaan door de lidstaten, niet door de EU. Gezondheidsbeleid, belastingen heffen en het grootste deel van de publieke uitgaven zijn nog steeds een nationale aangelegenheid.

Huishoudboekjes

Op economisch terrein speelt de EU wel een aanzienlijke rol. Op dat gebied heeft de EU al de bijdragen geleverd die men mag verwachten. President Christine Lagarde van de Europese Centrale Bank (ECB) kondigde op 19 maart een pakket maatregelen aan ter waarde van 750 miljard euro. Ursula von der Leyen, voorzitter van de Europese Commissie, kondigde op dezelfde dag de oprichting aan van de allereerste ”rescEU-voorraad medische apparatuur” (die 90 procent daarvan financiert); en kort daarna het tijdelijk opschorten van de regels ten aanzien van limieten op begrotingstekorten en fiscale schuldplafonds.

Afgelopen week kwam daarbij dat men het niet eens kon worden over financiële steun aan het zuiden van Europa. Na de rel over de woorden van minister van Financiën Wopke Hoekstra ten aanzien van de huishoudboekjes van zuidelijke landen is Nederland gelukkig snel overstag gegaan. De Nederlandse overheid liet in de laatste paar dagen weten dat het een miljard euro beschikbaar stelt voor een Europees noodfonds. Nederland wil echter geen Coronabonds (staatsobligaties die door Europa zouden worden uitgegeven), uit angst voor wat daaruit kan voortvloeien.

Identificeren

Hoewel het niet zo overkomt, is een aantal genomen maatregelen Europees gecoördineerd. Het systeem voor vroegtijdige waarschuwing en respons van de EU werd geactiveerd, toen het Covid-19-virus in februari in Noord-Italië opdook. Het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding speelt een belangrijke rol bij het verzamelen, analyseren en verspreiden van informatie die de nationale autoriteiten gebruiken. De EU-regelingen voor geïntegreerde politieke crisisrespons (IPCR) zijn geactiveerd.

Maar Europa heeft het er moeilijk mee het ‘gezicht’ van de autoriteit te zijn. In tijden van crisis willen burgers graag aankondigingen horen van de nationale of soms zelfs subnationale of regionale autoriteiten. Niet die op EU-niveau. Een Europese reactie kan zich daarom waarschijnlijk het beste richten op de zaken die de EU achter de schermen kan afhandelen (delen van expertise), in plaats van bijvoorbeeld maatregelen afkondigen over thuisblijven en scholen sluiten.

Het is duidelijk geworden dat de Europese eenwording staat of valt met solidariteit. In dat kader is het dus een goed signaal dat de Duitsers momenteel honderd coronapatiënten van andere lidstaten verzorgen. Dit is de tijd om verder over Europese samenwerking na te denken. De komende tijd zullen we dus nog meer horen over Europese initiatieven om de ergste effecten van de crisis het hoofd te bieden, of het nu gaat om steun aan Afrikaanse landen die door het coronavirus worden getroffen of ideeën voor een Europese werkloosheidsuitkering. Europa zal moeten nadenken over hoe ze Europese ideeën en steun dichter bij de burger kan brengen.

De auteur is hoogleraar Europese Politiek en Politieke Economie aan de Universiteit Leiden. Een eerdere Engelse versie van dit artikel verscheen op internationalaffairs.org.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer