Grapperhaus: Overheid houdt slachtoffers sekte in zicht
Waar kunnen slachtoffers van misstanden binnen sektes terecht? Volgens minister Grapperhaus blijven er na het verdwijnen van het Sektesignaal voldoende loketten over. De Tweede Kamer aarzelt, maar overweegt nog geen extra maatregelen.
Misstanden binnen sektes komen helaas voor, maar gelukkig zeer beperkt, zei Grapperhaus dinsdag in de Tweede Kamer. Hij verwees naar cijfers van het Sektesignaal, het meldpunt dat begin dit jaar de deuren sloot nadat Grapperhaus de subsidie had stopgezet. Het signaal kreeg in 2018 209 meldingen; 81 daarvan werden doorgeleid voor nader onderzoek.
Over het beëindigen van de subsidie zijn de meningen nog steeds verdeeld. Bijzonder hoogleraar Religie en Recht Fokko Oldenhuis blijft het een slecht plan vinden, godsdienstsocioloog en sektekenner Durk Hak noemt het nog steeds verdedigbaar.
Grapperhaus volgt Haks lijn; hij wijst op de tien Regionale Informatie en Expertise Centra (RIEC) die het meldpunt zijns inziens overbodig hebben gemaakt. De RIEC zijn inmiddels een kleine tien jaar operationeel. Het zijn verbanden waarin de politie, de Belastingdienst, de onderwijsinspectie en de Inspectie SZW samenwerken bij het bestrijden van (ondermijnende) criminaliteit.
VVD’er Van Wijngaarden vroeg zich af of Grapperhaus zich er niet te makkelijk vanaf maakt en riep de minister dinsdag naar de Tweede Kamer. Hij verwees naar de actualiteit: juist deze week werd bekend dat de politie nagaat of er bij twee sektes in het oosten van Nederland sprake is van kindermisbruik. Nee, verzekerde Grapperhaus, dergelijke signalen zoekt de politie tot op de bodem uit.
Op aandringen van SP, PvdA en GroenLinks zegde de bewindsman toe dat minister Dekker (Rechtsbescherming), verantwoordelijk voor slachtofferhulp, nog een keer op papier zal zetten bij welke instanties slachtoffers van misstanden binnen sektes kunnen aankloppen. Later dit jaar debatteren Dekker en de Kamer verder over de verantwoordelijkheid van kerken en verenigingen bij vermoedens van misbruik.