Overheid heeft te weinig oog voor karakter van kerk
Hier en daar bestaat ongerustheid over de bemoeienis van de overheid met kerkelijke zaken. De afgelopen jaren werden de kerken al geconfronteerd met de VOG en de AVG. Binnenkort volgt de UBO-registratie, tenzij de Eerste Kamer ánders beslist. De regeldruk voor de kerken neemt toe (RD 20-12), en dat niet alleen.
Kerken worden steeds vaker gezien als maatschappelijke organisaties. Dat bijvoorbeeld een welzijnsorganisatie, een moskee en een politieke partij elk een heel eigen karakter hebben en dat de aard van een kerk van een heel andere orde is, telt steeds minder mee.
Kerken hebben wereldwijd als primaire taak de verkondiging van het Evangelie (Mattheüs 28), binnen en buiten het kerkgebouw. Waar nodig zetten kerken zich internationaal in voor de allerarmsten. De grondslag voor die taak is uniek: het is een Bijbelse opdracht. Dit betekent ook dat de administratie zoals die binnen een kerk of plaatselijke gemeente wenselijk is altijd uit de genoemde opdracht voortvloeit, dus het kerkenwerk moet dienen en niet de overheid.
Bij alles wat ik doe (een jeugdclub leiden, het kerkblad redigeren, de financiën bijhouden of een kerstmaaltijd voor de buurt organiseren) is niet mijn ledenkaart het uitgangspunt maar het feit dat de kerk een gemeenschap is, deel van het lichaam van Christus. Intussen echter is vrijuit voorbede doen zelfs niet meer toegestaan…
Haalbaarheid
Kerkenraden kunnen verdrinken in alle post die op hun tafel komt. Gelukkig zijn er wijze scriba’s of kerkrentmeesters die selecteren. Maar zij zijn geen duizendpoot. Wie had een jaar geleden gehoord van de UBO-regeling (een register waarin de ”eigenaar” van een organisatie vastligt)?
Kerkelijke bureaus zijn druk doende om adviezen op te stellen. Ook het Interkerkelijk Contact in Overheidszaken (CIO), belangenbehartiger van 29 kerken en twee Joodse gemeenschappen bij de overheid, spreekt zich uit (RD 20-12). Op tal van plaatsen verdiepen individuele kerken zich in nieuwe onderwerpen. En als dat niet haalbaar is, nou ja… „we hopen dat een ander het wél op zal pakken.” De organisatorische kant komt erbij en lijkt soms belangrijkere zaken te verdringen.
Kwetsbaar
De overheid wil witwaspraktijken tegengaan. Daarvoor moeten persoonsgegevens van ”kerkbestuurders” straks op de een of andere manier worden gekoppeld aan kerkelijke gegevens. Ook het verrichten van rechtshandelingen (aangifte doen, koopaktes tekenen, een vergunning aanvragen) moet daaraan gekoppeld worden.
De persoonsgegevens kunnen echter in verkeerde handen terechtkomen. We zitten nu bij stap drie van een vijfstappenplan. Niemand kan overzien of deze stappen uiteindelijk niet leiden naar een fuik waaruit we niet meer terug kunnen. Het UBO-register is vooralsnog een kwetsbaar systeem en het is twijfelachtig of het wel doelmatig is. Ook hebben veel kerkenraden hun dossiers inmiddels in een cloud, maar zijn ze zelf daarin niet veel te nonchalant?
Kerkvreemd
Sinds enige jaren is de zogenoemde VOG-registratie (Verklaring Omtrent Gedrag) in omloop. Die is bedoeld om (voormalige) daders van seksueel misbruik uit te sluiten van functies in het jeugdwerk. Voor kerken heel relevant. De VOG geeft echter geen volledige zekerheid over iemands verleden en voorkómt geen misstappen! Het is een kerkvreemd instrument.
In de lokale kerken moet intussen steeds vaker gezocht worden naar deskundigheid om de verschillende zaken te behartigen. Die deskundigheid en menskracht heeft een lokale kerk lang niet altijd. De kerk heeft ondertussen belangrijkere dingen te doen. Aan het ”dienen van de keizer” zijn grenzen.
Gecertificeerd?
Er speelt nog veel meer. Denk aan de verschillende visies op huwelijk en seksualiteit. Het lijkt niet zo lang meer te duren dat opvattingen op basis van Schrift en belijdenis door de rechter getoetst gaan worden. In de ogen van velen zou dat zo gauw mogelijk gerealiseerd moeten worden. En de kerken? Zij verschillen inmiddels onderling te veel om richting overheid nog een gezamenlijke vuist te kunnen maken.
Iemand zei terecht: „Deze ontwikkelingen laten zien dat we als kerken onze vrijheid verliezen.” Onder dictatoriale regiems worden christenen intensief vervolgd en wordt alle vrijheid hun ontnomen. Door de Tweede Wereldoorlog leerden we dat het gevaarlijk kan zijn om persoonsgegevens in combinatie met kerkelijke informatie vast te leggen. Intussen gaan wij ”op basis van vrijwilligheid” akkoord met allerlei volgens de overheid noodzakelijke maatregelen. Ziet u het al voor u, een bordje naast de kerkdeur met: ”Deze kerk is door uw overheid gecertificeerd.”
De auteur is kerkenraadslid in de Christelijke Gereformeerde Kerken.