Een bank dicht bij de burger
Een bank die dicht bij de burger staat, een bank zonder fratsen en avonturen. Daar bestaat best wel behoefte aan en de Volksbank –een passende naam in dit verband– kan deze rol gaan vervullen.
Dat die er geschikt voor is, bevestigt een onderzoek dat de Consumentenbond eerder dit jaar uitvoerde met behulp van een internetpanel. RegioBank, ASN en SNS, onderdelen van de Volksbank, scoorden daarin op het punt van tevredenheid duidelijk het hoogst, met respectievelijk een 9,3, een 9,1 en een 8. De drie grote spelers in ons land, Rabo (7,2), ABN AMRO (6,9) en ING (6,7), bleven flink achter. Een helder oordeel dus van het publiek.
In 2013 kwam SNS Reaal in overheidshanden. Problemen bij de vastgoedportefeuille, die voortvloeiden uit de crisis, veroorzaakten zware verliezen. Toenmalig minister van Financiën Jeroen Dijsselbloem besloot het concern te redden via nationalisatie. Na grondige herstructurering, met verkoop van Reaal (verzekeringen), SNS Securities (operaties op de financiële markten) en de vastgoedtak, heet de moederonderneming sinds 2017 de Volksbank.
Zij beperkt zich nu tot betaal-, spaar- en hypotheekproducten en opereert daarbij met vier merken: ASN Bank, BLG Wonen, RegioBank en SNS. „We passen ons aan de wensen van klanten aan, niet andersom. Dat is onze missie: bankieren met de menselijke maat”, vermeldt de website.
Het is de bedoeling dat het bedrijf op enig moment weer op eigen benen zijn weg vervolgt, los van de staat; door een beursgang of door verkoop aan een of meer private partijen. Maar de huidige bewindsman, Wopke Hoekstra, wil dit overheidsbezit niet verpatsen aan de hoogste bieder, hij hecht aan het waarborgen van de maatschappelijke rol van de bank. Dit laatste betekent dat winstmaximalisatie niet het hoogste doel is, wat niet aantrekkelijk is voor beleggers. Deze maand bleek in de Tweede Kamer dat die er hetzelfde over denkt als de minister. Die neemt een jaar de tijd om alle opties nog eens op een rij te zetten.
De banken zijn weliswaar onmisbaar, maar ze staan er bij de burger niet bijster florissant op. Die houdt hen verantwoordelijk voor de heftige gebeurtenissen in 2008 en de economische malaise daarna. Ook na het herstel bleef er gedoe, over buitensporige salarisverhogingen, fraude, witwassen. Geen wonder dat regelmatig de roep klinkt om een bank waar onze tegoeden veilig zijn opgeborgen, die niet meedoet aan ondoorzichtige, risicovolle transacties op de mondiale markten van het grote geld. Onder meer de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) pleitte afgelopen januari in een rapport voor zo’n financiële instelling.
In de voorbije jaren hebben banken, uit kostenoverwegingen, fors gesnoeid in hun filialennetwerk en vol ingezet op digitalisering; ook de Rabobank, die beweert midden in de samenleving te staan, maar ondertussen uit het straatbeeld verdween. Niet iedereen –vooral onder de ouderen– is zo ver om die omslag mee te maken.
Mooi dus wat we horen van de zijde van de Volksbank, met brede steun vanuit de politiek. SNS gaf enkele maanden terug nog eens nadrukkelijk aan zich te richten op decentralisatie en persoonlijk contact met de klant. Een bank fysiek dichtbij, met winkel of kantoor, waar je binnen kunt stappen, waar je de mensen kent. Het zal menigeen aanspreken. En –positief– er valt iets te kiezen in bankenland.