Barsten in Trumps blokkade tegen impeachmentonderzoek
President Trump stelde vorige week klip en klaar: Hijzelf, noch zijn medewerkers zullen meedoen aan het impeachmentonderzoek. Nauwelijks een week later blijkt dat er medewerkers zijn die toch voor de onderzoekscommissie verschijnen en getuigen. De blokkade die Trump had ingesteld vertoont de nodige barsten.
Toch kwam deze week het voor Trump meest vervelende nieuws niet naar buiten tijdens de verhoren door de commissie van het Huis van Afgevaardigden. Dat nieuws kwam uit het Witte Huis zelf. Het was Mick Mulvaney, de stafchef van Trump, die donderdag tijdens een persconferentie zijn baas behoorlijk in de problemen bracht.
Mulvaney zei dat Trump in een telefoongesprek met de Oekraïense president Zelensky in juli van dit jaar wel degelijk had gesteld dat Kiev alleen gelden zou krijgen als het in ruil daarvoor bereid was onderzoek te doen naar mogelijke corruptiepraktijken van Joe Biden en zijn zoon Hunter. Daarnaast wilde Trump dat Kiev zou nagaan in hoeverre de Amerikaanse Democratische Partij in 2016 gebruik maakte van de digitale infrastructuur van Oekraïne om de presidentsverkiezingen van 2016 te beïnvloeden. De president hoopte zo belastende feiten boven tafel te krijgen die hij bij de komende verkiezingen kan gebruiken om de Democraten in diskrediet te brengen.
Harde feiten
De mededeling dat Trump in het telefoongesprek het uitbetalen van de toegezegde bedragen afhankelijk had gesteld van het corruptieonderzoek door Kiev, is feitelijk het antwoord op een van de belangrijkste onderzoeksvragen. De Democraten willen weten of er sprake is geweest van het principe van quid pro quo – voor wat, hoort wat. Ja, stelt Mulvaney. In een nadere toelichting zei hij donderdag dat het hanteren van dit principe niet ongebruikelijk is in de diplomatie. „Dat doen we altijd in het buitenlands beleid, recent nog met de noordelijke landen van Centraal Amerika. Ook toen hielden we geld vast totdat zij hun migratiebeleid zouden aanpassen.”
Dat deze uitspraken president Trump in verlegenheid hebben gebracht, bleek enkele uren later toen Mulvaney met een tweede verklaring kwam. Daarin trok hij zijn woorden in. Mulvaney schrijft dat „de media hebben besloten mijn commentaar te verdraaien.” Er is „absoluut geen sprake geweest van quid pro quo.”
Ondanks die tweede verklaring hebben de Democraten de uitspraken van Mulvaney gretig genoteerd. Zij stellen vast dat de president zijn ambt heeft misbruikt voor persoonlijke doeleinden.
Verhoren
Ook tijdens de verhoren van medewerkers van Trump, werden opmerkingen gemaakt die voor de president belastend waren. Deze week werden enkele (voormalige) topambtenaren door de onderzoekscommissie aan de tand gevoeld, zoals Fiona Hill (voormalig Ruslandadviseur van Trump) en George Kent (verantwoordelijke voor het Oekraïnebeleid).
Opvallend was ook dat Gordon Sondland gehoor gaf aan de dagvaarding. Sondland is een echte Trumpiaan. Hij werd voor een miljoenendonatie aan de campagnekas van Trump beloond met een benoeming als Amerikaanse ambassadeur bij de Europese Unie.
Ondanks zijn persoonlijke relatie met Trump leverde hij forse kritiek op de president. Hij bevestigde dat het Witte Huis Oekraïne onder druk heeft gezet om eigen doelen te bereiken. Daarnaast sprak hij zijn ergernis uit over de rol die Trump bij het Oekraïnebeleid heeft toebedeeld aan zijn privé-advocaat Rudy Giuliani. „Hij is de grote regisseur die los van het ministerie van Buitenlandse Zaken feitelijk bepaald wat er richting Kiev wordt gezegd en wordt gedaan.”
Twee conclusies
Uit de verhoren van deze week zijn twee conclusies te trekken. In de eerste plaats dat er mensen zijn die weliswaar dicht bij Trump staan maar die nu toch afstand van hem nemen. Mulvaney (naaste medewerker) en Sondland (politieke vriend) zijn daar voorbeelden van. Doen ze dat omdat ze moeite hebben met de daden van Trump? Of realiseren ze zich dat het hen later wel eens duur kan komen te staan als ze nu feiten die het daglicht niet kunnen verdragen blijven toedekken?
Een tweede conclusie is dat advocaat Rudy Giuliani feitelijk het Oekraïnebeleid bepaalt. Elk overleg met en elke actie richting Kiev behoeft zijn goedkeuring, en ook ervaren Amerikaanse diplomaten hebben zich daaraan te houden. Er is sprake van een parallelle diplomatie: die van het ministerie van Buitenlandse Zaken én die van Trump en Giuliani. Hun aanpak is zeer verschillend. De formele diplomaten zijn voorzichtig en werken het liefst in stilte, de groep rond Giuliani is berucht vanwege een onbeschaamde, luidruchtige aanpak. Voormalig veiligheidsadviseur Bolton, die zelf het imago heeft van een havik, zei afgelopen zomer tegen Fiona Hill: „Giuliani is een handgranaat die iedereen gaat opblazen.”