„Twijfel aan integriteit van gelovige journalisten”
Als journalisten uitkomen voor hun christelijk geloof bestaat de kans dat er getwijfeld wordt aan hun integriteit, aldus Zoë Papaikonomou. De onderzoeksjournalist zei dat maandag op de jaarbijeenkomst van Kennisplatform Integratie en Samenleving (KIS) in Nieuwegein.
KIS is een programma van het Verwey-Jonker Instituut en Movisie dat wordt gefinancierd door het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). Het thema van de bijeenkomst was: ”Geloven in een seculiere samenleving”.
Framing
Papaikonomou, schrijfster van ”„Heb je een boze moslim voor mij?” Over inclusieve journalistiek”, zei tijdens een forumdiscussie dat er te weinig diversiteit bestaat in de media. Ze gaf aan dat veel journalisten die zij kent niet gelovig zijn of hun religie niet kenbaar maken. „Als je gelovig bent, wordt er eerder getwijfeld aan je journalistieke integriteit. Dat geldt bijvoorbeeld ook voor journalisten met een migratieachtergrond. Dat kwam sterk naar voren uit ons onderzoek voor ”„Heb je een boze moslim voor mij?””
Desgevraagd zei ze de ervaring te hebben dat er eerder getwijfeld wordt aan de journalistieke integriteit van iemand die religieus is of een migratieachtergrond heeft. Daarom zijn er volgens haar journalisten die niet te kennen geven dat ze religieus zijn. Papaikonomou vindt die twijfel vreemd omdat geen enkele journalist neutraal is.”
Hans Boutellier, wetenschappelijk directeur van het Verwey-Jonker Instituut en verbonden aan KIS, stelde op een eerder moment dat het in Nederland een „religieuze warboel” is. Hij sprak over „ongemak” en „verlegenheid” van Nederlanders. Als voorbeeld noemde hij dat velen het vreemd vinden dat de kerkklokken niet meer luiden en dat er wel een oproep tot gebed klinkt. „Religie wordt zo een maatschappelijke splijtzwam”, aldus Boutellier.
Hij wil meer „body geven” aan de democratische rechtsstaat om zo een einde te maken aan de geschillen over religie. „Voor de fundering van deze rechtsstaat hebben we vroeger te veel aan juristen overgelaten.”
Boutellier wil debat om zo „de fundamenten onder de warboel van religie” te beschermen. Hij erkende dat het geloof in de democratische rechtsstaat ook een geloof is, maar dan één dat „andere geloven mogelijk maakt en dat iedereen beschermt.”
Kerstboom
Minister Koolmees van SZW zei in een videoboodschap zich niet te kunnen vinden in de stelling dat het in Nederland een „religieuze warboel” is. De identiteit van Nederlanders is volgens hem niet chaotisch maar gelaagd. „Ze zijn niet zo gepolariseerd als velen wel denken.”
Als voorbeeld noemde hij een moslim die rond Kerst in de media aangaf een kerstboom te hebben en die vervolgens zowel christenen als moslims over zich heen kreeg. Volgens de minister hebben heel wat moslims een kerstboom thuis maar krijgen zij te weinig kans om hun verhaal te vertellen.
Het forum bestond naast Papaikonomou uit Mohammed Ajouaou, moslim en docent aan de Vrije Universiteit Amsterdam, en Mathéus Sales de Moura, christen en werkzaam bij Youth for Christ. Laatstgenoemde vertelde dat hij eens solliciteerde bij een seculiere organisatie. Hem werd toen gevraagd zijn geloof te „neutraliseren.” Hij zei zijn christelijke identiteit niet te kunnen thuislaten en kreeg de baan toch.