Omstreden islamitische school kan niet zomaar dicht
Een school die wordt beïnvloed door jihadisten. Antidemocratisch is. Onderwijst in de salafistische geloofsleer. Leiders heeft die contact onderhouden met een terroristische organisatie. Maar het Cornelius Haga Lyceum sluiten? Dat kan niet zomaar.
Clubhuizen van motorbendes kan de overheid op slot gooien en drugspanden ontruimen. „En dan zouden we een school waar kinderen geïndoctrineerd worden met puur vergif niet kunnen aanpakken?”, vroeg VVD-Kamerlid Rudmer Heerema dinsdag aan onderwijsminister Slob. Dat werkt inderdaad niet zo simpel. De vrijheid van onderwijs is absoluut en beschermt ook islamitische scholen.
De overheid kan op dit moment in drie gevallen ingrijpen. Als een school te weinig leerlingen heeft, als de onderwijskwaliteit onder de maat is of als het onderwijsgeld niet volgens de regels is besteed. De omstreden Amsterdamse middelbare school telt zo’n 175 leerlingen. Als dat zo blijft, moet de school over drie jaar wel sluiten.
Over de integriteit van een schoolorganisatie of de bestuurders heeft de overheid in feite niets te zeggen, stelt Paul Zoontjens, hoogleraar onderwijsrecht aan Tilburg University. „Als leraren contact hebben met terroristen, kun je dus op dit moment niks”, zegt hij. „De overheid kan alleen iets doen als het strafrechtelijk interessant wordt.”
Vooralsnog blijft het echter bij „vage mededelingen, zonder aanknopingspunt voor juridisch ingrijpen.” Juist daarom bracht de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid de verontrustende signalen over de school vorige week naar buiten, vermoedt Zoontjens. „Het lijkt erop alsof de geheime dienst de publieke opinie in beweging wil krijgen.” Tegelijk wordt er een beroep gedaan op de ouders om hun kind niet naar de omstreden school te sturen.
Tevergeefs probeerde de overheid de oprichting van het Cornelius Haga Lyceum eerder al te voorkomen. De Raad van State stak daar een stokje voor. Overigens lijkt het er niet op dat dit soort praktijken schering en inslag zijn in het islamitisch onderwijs. Zoontjens wijst erop dat er ook binnen moslimgemeenschap „veel weerstand” leeft tegen de school.
Geen grenzen
Nieuwe wetgeving die minister Slob heeft aangekondigd, biedt volgens Zoontjens juist meer ruimte voor nieuwe scholen. Straks is een richting geen criterium meer om een school te starten. „Dat bevordert de komst van dit soort scholen”, denkt de hoogleraar. „In theorie mag je bijvoorbeeld een Samsung Galaxy-school beginnen. De goeden van de kwaden onderscheiden wordt dan lastig.”
De nieuwe wet stelt wel extra eisen aan bestuurders. Zij moeten bijvoorbeeld een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) hebben. „Dat zou in dit geval niet veel opleveren”, zegt Zoontjens. Als het schoolbestuur van het Haga Lyceum geen strafbare feiten op zijn geweten heeft, kan het zonder problemen een VOG krijgen.
Om bestaande scholen te kunnen sluiten, past Slob ook de Wet op de burgerschapsvorming aan. Of dat de overheid in dit geval meer middelen zou geven, is nog onduidelijk.
Vooralsnog zijn er geen grenzen aan de opvattingen van scholen. „Vastleggen dat ondemocratisch gedrag in strijd is met de uitgangspunten van de rechtsstaat, komt in de buurt van het type wetgeving dat in de Sovjet-Unie bestond”, waarschuwt Zoontjens. „De overheid kan daar alle kanten mee uit.” Dit wordt een spannende tijd, voorspelt hij. „De houding van de overheid naar scholen verandert. Het protestantse volksdeel moet nauwlettend in de gaten houden wat hier gebeurt.”