Maakt het uit welke Bijbel je gebruikt?
Toen een Latijnse vertaling in de vierde eeuw één woordje uit het boek Jona veranderde, brak er een rel uit in de kerk van Afrika. Augustinus verbood die Bijbel in zijn gemeente. Moderne Bijbels veranderen heel veel meer. Maakt het uit welke Bijbel je kiest?
Op het eerste gezicht lijkt het weinig verschil te maken. Het Evangelie lezen we in alle Bijbels, van (Herziene) Statenvertaling tot Groot Nieuws/NBV. Omgerekend gaat het om één verschillend woord per honderd woorden in het Nieuwe Testament; 99 procent is gewoon in alle vertalingen hetzelfde. De hoofdzaken van het christelijk geloof zijn in bijna alle vertalingen terug te vinden. Als je dus praktisch verder wilt komen als christen lijkt het voor de hand te liggen om voor een goed leesbare, moderne Bijbel te kiezen. Ook als kerkverband. We willen immers kerk van deze tijd zijn?
Het Evangelie moet inderdaad landen in ons leven en in het leven van anderen. Toch is daarmee niet alles gezegd. Bewust beperk ik me in deze bijdrage vooral tot de tekst van het Nieuwe Testament en ga niet in op taalkundige afwegingen.
De kerk heeft altijd geloofd dat de hele Schrift van God komt. Volgens de gereformeerd-katholieke leer bevat de Bijbel geen inspirerende verhaaltjes van religieuze mensen, maar spreekt God door mensenmonden. De Vroege Kerk sprak van ”heilige letters en lettergrepen”.
De teksttraditie van de Schrift is deel van de geloofsgemeenschap van de kerk. Geïnspireerde redactie en groei van de Bijbeltekst maakt daarvan deel uit. Dat weten theologen al zolang als de kerk bestaat. We zien het in de plaatsnamen van Genesis, in de Psalmen en aan het slot van Deuteronomium. Voor de Vroege Kerk was de oorspronkelijke versie (”autografon”) van Mozes of David irrelevant. Niemand dacht eraan verzen te gaan schrappen omdat die er ”oorspronkelijk” niet bij hoorden.
Toch is dat de filosofie achter de meeste moderne Bijbels. De overlevering zit vol fouten, zegt men, en wij moeten de oorspronkelijke tekst van de Schrift proberen te reconstrueren. Pas sinds een kleine honderd jaar denken we dat dit wenselijk en mogelijk is. Of benaderd kan worden.
Maar het is zeer wel mogelijk dat wat nu de gangbare denktrant is –en een theoloog die carrière wil maken mag daarvan niet afwijken– door volgende geslachten wetenschappers getypeerd zal worden als een denkfout. Een denkfout die geen recht deed aan de aard van religieuze teksten.
De basis voor de moderne Bijbelvertalingen is in de vorige eeuw samengesteld door een comité van de United Bible Societies. Door zinsdeel voor zinsdeel uit duizenden handschriften te kiezen, werd een reconstructie van de oorspronkelijke tekst beoogd. Technisch werd het echter een nieuwe tekst, waarvoor als zodanig echter primaire bronnen ontbreken. Het is dus een zaak van geloof in de afwegingen van het comité en in de religieuze wenselijkheid van zo’n reconstructie.
Is dat problematisch? Nee en ja. Ook in de kerkelijke overlevering heeft altijd vergelijking en correctie bij het overschrijven van handschriften plaatsgevonden. Bij de nieuwe tekst gaat het echter niet alleen om taalkundige nuance, maar ook om substantiële inhoudelijke verschillen. De kerkelijke tekst die overal in de wereld aantoonbaar 1500 jaar lang in de kerken van Oost en West is gebruikt, is terzijde geschoven.
Continuïteit van die eeuwenoude kerkelijke tekst is tegenwoordig slechts terug te vinden bij protestanten die de (Herziene) Statenvertaling gebruiken, bij de oosters-orthodoxe kerken en bij enkele rooms-katholieke gemeenschappen. Onlangs schreef ik daarover in het vakblad Neotestamentica (https://bit.ly/2IBh1Qx). In dat artikel staan meer dan twintig verzen die uit moderne Bijbels verdwenen zijn, maar wel in de Statenvertaling staan. Dit controleren is een leuk project voor de godsdienstles of de catechisatie.
Welke Bijbel we lezen, toont wat we geloven over Gods spreken in ons leven. Het is ook bepalend voor onze beleving van de gemeenschap der heiligen, de kerk van alle tijden en plaatsen. Spreekt God onfeilbaar en waakt Hij over Zijn Woord? De Vroege Kerk antwoordde hierop bevestigend.
De auteur is classicus en nieuwtestamenticus. In deze rubriek worden antwoorden gegeven op vragen over het christelijk geloof.