Keuze van Buma voor CDA als middenpartij verrast niet
Voor een centrumpartij als het CDA is het moeilijker dan vroeger om zich in het huidige sterk verdeelde politieke spectrum te profileren. De partij zoekt al jaren naar een voor de kiezers duidelijker koers, maar dat valt niet mee.
Zaterdag stelde CDA-leider Buma dat zijn partij zich moet profileren als middenpartij. Dat klinkt mooi. Het is echter de vraag of het de christendemocraten zal helpen om hun vanouds sterke positie terug te winnen. Na een dieptepunt van 13 zetels bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2012 heeft het CDA er nu weer negentien, maar in vergelijking met de ruim vijftig zetels van dertig jaar geleden is het erg mager.
Tot in de zestiger jaren van de vorige eeuw hadden de voorlopers van het CDA –de Katholieke Volks Partij (KVP), de hervormd georiënteerde Christelijk-Historische Unie (CHU) en de gereformeerde Anti-Revolutionaire Partij (ARP)– zelfs een meerderheid in de Tweede Kamer. Sinds die tijd is het christendemocratische bouwwerk afgebrokkeld.
De zwakker wordende positie zorgde intern regelmatig voor fikse discussies over de gewenste koers van de partij. Daarbij gaat het in feite om verschillende uitgangspunten die samengevat kunnen worden in vier c’s, namelijk die van christelijk, conservatief, compassie en centrum.
Een belangrijk discussiepunt is al bij de totstandkoming van het CDA in 1980 of de partij een duidelijk christelijk profiel moet hebben. Weliswaar hecht de partij aan belangrijke Bijbelse noties als rentmeesterschap en verantwoordelijkheid, maar toch is Gods Woord niet het centrale uitgangspunt, hetgeen jammer genoeg goed te zien is bij bijvoorbeeld de stellingname ten aanzien van principiële vraagstukken als abortus en het homohuwelijk.
Een flink deel wil dat het CDA net als de Duitse CDU meer naar rechts schuift en een conservatieve partij wordt. Dat zou zorgen voor een duidelijker profiel richting VVD- en PVV-stemmers. Christendemocraten met meer compassie voor maatschappelijke vraagstukken als kinderpardon, bestrijding van armoede en duurzaamheid moeten van een verrechtsing echter weinig hebben. Zij kijken liever wat naar links.
Gezien de verschillende opvattingen is het niet verbazingwekkend dat veel CDA’ers –en zij lijken in de meerderheid– vinden dat hun partij net als vanouds een centrumpartij moet blijven. Door het goede midden te kiezen kan het CDA dan zowel met linkse als met rechtse partijen samenwerken.
De keuze van Buma dat het CDA een middenpartij moet blijven, verrast dan ook niet. Hetzelfde geldt voor zijn toevoeging dat de partij daarbij wel naar rechts blijft kijken. In feite is dit de huidige koers. Of het vrij brede profiel veel nieuwe kiezers zal aanspreken is de vraag. Maar continuïteit en stabiliteit is ook belangrijk in de turbulente Nederlandse politiek.
Hoofdredactie