Makelaarsvereniging NVM verwacht dat de grens van 300.000 euro begin 2019 doorbroken wordt. Dat bleek donderdag bij de presentatie van de kwartaalcijfers in Amsterdam.

In de Randstad, delen van Noord-Brabant en Gelderland, Zwolle en de stad Groningen is volgens de NVM sprake van een overspannen woningmarkt: daar staan zo weinig huizen te koop, dat belangstellenden nauwelijks nog keuze hebben.

De trend op de woningmarkt is al een jaar lang hetzelfde: een laag aanbod van bestaande woningen en te weinig nieuwbouw om aan de groeiende vraag te voldoen. Daardoor stijgen de prijzen fors en gaan steeds minder huizen over naar een nieuwe eigenaar.

In totaal verkochten NVM-makelaars – die volgens de organisatie ruim 70 procent van de markt bedienen – in het tweede kwartaal 38.600 woningen. Dat zijn er 4600 (11 procent) minder dan een jaar eerder. De verkochte huizen stonden gemiddeld slechts 45 dagen te koop, 16 dagen minder dan in het tweede kwartaal van 2017. „Sinds 2000 is de verkooptijd niet zo kort geweest”, zei NVM-voorzitter Ger Jaarsma.

Het verschil tussen de oorspronkelijke vraagprijs en de transactieprijs is gedaald tot 0,1 procent. Een derde van de huizen werd boven de vraagprijs verkocht.

Een nieuwe trend is dat mensen eerst een huis kopen en daarna hun oude woning verkopen. „In de crisis was dat precies andersom”, zei Jaarsma.

De NVM-voorzitter voorziet dat met name huishoudens met een kleine beurs getroffen worden door de afspraken in het Klimaatakkoord. Bijna de helft van hen woont in een huis met energielabel D of slechter. „Het gasloos maken en verduurzamen kan voor die woningen fors in de papieren lopen. Vooral mensen met minder financiële draagkracht zullen de investeringen die daarmee gemoeid zijn moeilijk op kunnen brengen.” Meer welvarende Nederlanders wonen volgens Jaarsma vaak al in beter onderhouden en energiezuinigere woningen en kopen vaker nieuwbouwhuizen die al duurzaam zijn.