Vrachtwagenchauffeur Harry Hijmering wil met zijn boek getuigen
Een spreker is vrachtwagenchauffeur Harry Hijmering (63) uit Giessen niet. Een schrijver was hij nog minder. Toch voelde hij zich gedrongen een boek te publiceren. Om de lezers daarmee op te roepen God te zoeken. „Ik wil het ook in China gaan verspreiden.”
Mijn jeugd was niet eenvoudig. We woonden bij mijn oma in Zijderveld, die weduwe was. Zo rond mijn vijfde jaar gingen mijn vader en moeder uit elkaar. Mijn vader trok bij zijn ouders in. De verhouding met die kant van de familie is altijd moeizaam geweest. Ik was een jaar of negen toen mijn ouders weer bij elkaar gingen wonen, in het ouderlijk huis van mijn vader. Dat vond ik verschrikkelijk. Ik moest afscheid nemen van mijn oma, een gelovige vrouw, die alles voor me betekende. Het maakte me bang en onzeker. In gezelschap durfde ik nauwelijks iets te zeggen, door het gebrek aan zelfvertrouwen.
Dat ik dit kan vertellen, is niet vanzelfsprekend. Een aantal keren was ik dicht bij de dood. Op mijn derde jaar liep ik derdegraadsverbrandingen op, door een val tegen een gloeiende kachel. Ik was twaalf toen ik bijna verdronk in het meer bij het Lingebos. Een meisje met een rubberboot wist me net op tijd te redden. Acht jaar later reed ik met hoge snelheid met mijn brommer tegen een stilstaande vrachtauto. Ik ben de lucht in geslingerd en kwam 15 meter verderop terecht. Dertien weken heb ik in het ziekenhuis gelegen.
De herinneringen aan mijn jeugd probeerde ik te verdringen door stoer gedrag. Ik beoefende verschillende vechtsporten. Naar de kerk ging ik nog wel, maar ik hoorde er niets. Innerlijk werd ik bikkelhard; in mijn denken was ik heel zwart-wit.
Twee jaar na het ongeluk kreeg ik verkering met Nel; een paar jaar later zijn we getrouwd. We leefden net als de mensen om ons heen. Op zondag gingen we meestal naar de kerk, maar de diensten zeiden me niets. Als je het Evangelie hoort en er niet naar luistert, word je steeds harder. Als het aan mezelf had gelegen, was het zo gebleven, maar de Heere zag naar me om. Ik denk door het volhardende gebed van mijn moeder. Die had een enorm geloofsvertrouwen.
Droom
„Er kwam een knagende onrust in mijn hart. Ik besefte dat ik zo niet voor God kon verschijnen en met Hem verzoend moest worden, maar op mijn geestelijke vragen ontving ik geen antwoord. Na jaren van geloofsstrijd, vooral over de uitverkiezing, kreeg ik zomaar uit het niets een droom. Voor die tijd droomde ik nooit bewust. Later volgden andere dromen. Vaak over Bijbelgedeelten, die me zo helder voor de geest kwamen dat ze ineens duidelijk voor me werden. Ik heb er een gewoonte van gemaakt om mijn gedachten erover direct op te schrijven. Uiteindelijk had ik drie ordners vol. Alles wat ik in die jaren opschreef, heb ik verwerkt in mijn boek.
Op een dag ontving ik een droom die mijn leven zou veranderen. De Heere Jezus kwam voorbij met een grote schare. Ik haastte me naar Hem toe, om Zijn mantel aan te raken. Op dat moment keerde Hij Zich om, keek me vol liefde aan en greep mijn handen. Sinds mijn jeugd had ik niet meer gehuild, maar toen huilde ik als een kind. Dat moment zal ik nooit vergeten. Als ik eraan terugdenk, komen nog altijd de tranen. Het gaat niet om mij of om die droom, maar om wat God mij erdoor wilde leren.
In elke kerkdienst komt Jezus voorbij, heel eenvoudig door Zijn Woord. Dat vraagt van ons een beslissing. In het geestelijk leven is het nu of nooit. „Zoekt de Heere terwijl Hij te vinden is, roept Hem aan terwijl Hij nabij is”, zegt Jesaja. Door zulke woorden worden we geroepen, maar alleen door Gods trekkende liefde komt een mens tot Christus. Dan ga je leren om van genade te leven.
Twee en een half jaar geleden besloot ik een boek te gaan schrijven. Evert Kuijt, een vriend van me, heeft me daarbij geholpen. Evert heeft ervaring met schrijven. Hij heeft ook de titel bedacht: ”Verloren en gevonden”. Dat is de korte samenvatting van mijn leven. Ik ben nooit een spreker geweest, laat staan een schrijver, maar als ik eenmaal aan het schrijven was, ging het bijna vanzelf.
Wanneer je genade hebt ontvangen, wil je daarvan getuigen. Ik kan mensen niet bekeren, dat kan Jezus alleen, maar misschien wil Hij mij als een werktuig gebruiken. Ik schrijf over mijn eigen leven, over mensen die op mijn pad kwamen, maar vooral over dat wat de Heere me wilde leren. En over de levensvragen en de moeiten waar ieder mens soms mee te maken heeft: depressie, eenzaamheid, twijfel…
Er is zo veel leegte in de wereld. Mensen willen rust en vrede en zoeken die overal, maar op de verkeerde plaats. Dat brengt hun geen bevrediging. Je moet wel blind zijn als je dat niet ziet. De beroemdheden en popsterren waar mensen zich aan vergapen, zijn vaak diepongelukkig. Soms zo ongelukkig dat ze zelfmoord plegen.”
Ouderling
„Veertien jaar ben ik ouderling in de hervormde gemeente van Giessen geweest. Met alle mooie, maar ook moeilijke dingen die daarbij horen. Vooral de ontkerkelijking gaat me aan het hart. Het is een sluipend proces. Mensen die jarenlang trouw naar de kerk kwamen, zie je soms geleidelijk afhaken. Ze slapen in zonder dat ze het zelf beseffen. Dat had ook mij kunnen gebeuren. Na tien jaar ouderlingschap ben ik innerlijk een tijd van God los geweest. Gelukkig liet Hij mij niet los. In een wonderlijke weg heeft Hij me weer opgezocht, maar ik blijf een gebroken, zondig mens die van genade moet leven.
Ik maak me in het bijzonder zorgen over onze jeugd. Er zijn vandaag heel veel verleidingen. Tal van christelijke jongeren in dit dorp en de buurdorpen gebruiken drugs. De boze is uit op hun ondergang. Ook voor hen heb ik mijn boek geschreven. Ik begrijp hun vragen en hun gevoelens. Net als zij was ik druk met van alles en nog wat. Door Gods vrije genade heb ik geleerd dat innerlijke rust alleen bij Christus is te vinden. Dat gun ik ook hun. Er is maar één weg naar de vrede die alles te boven gaat. Dat is Christus.”
China
„In december is het boek uitgekomen. Het schrijven nam twee en een half jaar in beslag. Ik ben niet alleen dank verschuldigd aan Evert Kuijt, maar ook aan Jan de Ruiter, die bij me in de straat woonde. Toen ik hem leerde kennen, las hij op zondag thuis preken. Of hij luisterde naar een preek van dr. C. A. Tukker, daar had hij het altijd over. Later heeft hij zich bij onze gemeente aangesloten. Jan had een enorme kennis van de Bijbel, de kerkgeschiedenis en de oudvaders. In de periode waarin ik het boek schreef, werd hij ernstig ziek. De verschijning heeft hij nog net meegemaakt. Kort daarna is hij in de Heere ontslapen.
In dezelfde tijd had ik een korte droom die me duidelijk maakte dat ik het boek ook in China moet uitgeven. Daarvoor ben ik het nu aan het herschrijven en uitbreiden, met hulp van freelancejournaliste Levien Vermeer. Momenteel ben ik bezig met een hoofdstuk over twijfel, naar aanleiding van Mattheüs 28:16 tot 20. Zelfs na de opstanding van de Heere Jezus twijfelden sommige discipelen nog.
Geldelijk gewin heb ik niet voor ogen. Aan alles wat met het geloof te maken heeft, wil ik niets verdienen. De boeken heb ik op eigen kosten laten drukken. Uitgeverij Lucas krijgt 10 procent van elk verkocht exemplaar; 50 procent is voor de boekhandels en het Centraal Boekhuis. Het bedrag dat overblijft, wil ik gebruiken voor het uitgeven en verspreiden van mijn boek in China.
Of ik dat zelf zal meemaken, weet ik niet, maar het zal zeker gebeuren. Met mijn zwager ga ik een reis door China maken, om het land te leren kennen. Ik heb maar één verlangen: dat Christus wordt grootgemaakt. Het is mijn gebed dat mijn boek daaraan zal bijdragen. Als Christus naar mij wilde omzien, wil Hij zeker een ander redden.”
Boeken uitgeven als liefhebberij en nevenactiviteit
Binnen de gereformeerde gezindte geniet Peter Wildeman vooral bekendheid als musicus. De kerkorganist van de gereformeerde gemeente van Tholen en Sint Philipsland dirigeert koren, leidt muzikale reizen, geeft jaarlijks een groot aantal internationale concerten en brengt cd’s op de markt als directeur van uitgeverij Interclassic Music.
Veel minder bekend is het werk van Wildeman als uitgever, via Lucas Boeken. De uitgeverij draagt de naam van zijn zoon, die kort voor de stichting van het nevenbedrijfje ter wereld kwam. „Het uitgeven is ooit begonnen door een boek van Adriaan van Belzen; een bundel interviews met musici. Hij vroeg me of ik die voor hem op de markt wilde brengen. Dat heb ik gedaan, onder de titel ”Zang en spel”. Later volgden twee bundels met preken van dominees uit de Gereformeerde Gemeenten, het kerkverband waartoe ik behoor. Daarna klopte Evert Kuijt bij me aan.”
Een vetpot is het uitgeven niet, bekent de musicus. „Ik doe het meer voor de aardigheid en beperk me daarom tot dat wat op mijn pad komt. Zo kwam ik een aantal jaren geleden in contact met ouderling Jan van den Brink van de gereformeerde gemeente in Eindhoven. Die heeft de Heidelbergse Catechismus op rijm gezet. Ik heb hem geholpen met de muzikale kant van het project. De bundel is uitgegeven in het jaar van de herdenking van 450 jaar Heidelbergse Catechismus; een aantal nummers heb ik toen uitgevoerd.”
Een deel van de manuscripten komt binnen via Adriaan van Belzen, die als redacteur fungeert. „Het laatste boek is ”Een levend getuigenis”, een bundel interviews van Adriaan over honderd jaar SGP.” Harry Hijmering, auteur van ”Verloren en gevonden”, kwam bij Lucas Boeken via Evert Kuijt. „Harry is een vriend van Evert. Hij heeft de uitgave zelf bekostigd, maar zocht iemand die het op de markt brengen voor hem wilde regelen. In de muziekwereld noemen we dat een loonproductie.”
Wat de uitgever in Hijmering aanspreekt, is zijn gedrevenheid om het Evangelie te verkondigen. „Dat vind je terug in zijn boek.” Het blijft voor de musicus vaak lastig om in te schatten of een boek zal gaan lopen. „Bij een bundel met koraalbewerkingen weet ik precies wat ik kan verwachten. Die wereld ken ik door en door. Bij boeken blijft het afwachten. Gelukkig hoef ik er niet van te leven.”