„Zending bedrijven in Senegal niet eenvoudig”
Hij noemt zichzelf zendeling 2.0 en werkt samen met een christelijke zanger. Zij is tropenarts in een christelijke kliniek en is bijna altijd bereikbaar. Nu zijn Jan en Tabitha Kieviet vanuit Senegal een aantal maanden in Nederland op verlof.
Jan (36) en Tabitha (37) Kieviet zijn uitgezonden door zendingsorganisatie CAMA en werken sinds 2012 in Dakar. Nu wonen ze tijdelijk op een zolderkamer bij zijn ouders in Veenendaal. In hun kamer zijn weinig tastbare herinneringen aan Senegal, of het moet zijn dat ze beiden op blote voeten lopen. Het meest opvallend is een stapel cd’s met de naam ”Cissa” op de cover.
Jan Kieviet: „Bernhard Cissa is mijn vriend. Hij was een professionele zanger die radicaal tot bekering kwam en afscheid heeft genomen van de wereld van drugs, seks en rock-’n-roll. Nu stelt de singer-songwriter zijn gaven in dienst van het Evangelie, ondanks allerlei aanbiedingen van grote platenbazen om samen te werken en snel rijk te worden. Hij zingt christelijke gospelmuziek.”
Het stond niet op de planning van Kieviet om Cissa te steunen. „Ik verwachtte als theoloog werkzaam te worden in de kerk maar er ging een andere deur open. Ik hoorde Cissa, kreeg gebed voor hem, heb navraag naar hem gedaan en ben naar hem toe gegaan. Nu organiseer ik zijn optredens en ben ik zijn mentor.”
Veel barrières
Muziek is een uiterst krachtig zendingsinstrument, zegt Kieviet. „Senegal is een moslimland met veel barrières voor het christendom. Zending bedrijven is er niet eenvoudig, maar muziek gaat recht het hart in. Miljoenen Senegalezen beluisteren de Afro-popmuziek met een Senegalees ritme van Cissa. Hij zingt alleen christelijke songs. Ik sprak eens een niet-christelijke cameraman die geraakt was door zijn lied ”Laten we samen gaan bidden in de Naam van Jezus”. De kans is groot dat dit lied op enig moment bij die man terugkomt.”
Cissa treedt niet alleen op voor de televisie en bij het opnemen van cd’s, maar hij traint ook jongeren uit protestantse kerkjes om iets met muziek te doen. Kieviet: „In diverse kerken zijn al groepen christelijke zangers en bands. Langzamerhand ontstaat er een gospel-muziekcultuur.”
Behalve met muziek houdt Kieviet zich bezig met ander zendingswerk. Hij preekt met enige regelmaat en traint christenen in een lokale kerk in Dakar, de hoofdstad van het land. „De meeste gemeenteleden zijn de eerste christenen in hun familie. Het is nodig dat ze weerbaar worden door middel van Bijbelstudie. De tegenstand is groot en de verleiding om terug te keren ook. Nieuwe gelovigen worden dikwijls uitgesloten uit hun familie en ze lopen kans hun werk te verliezen.”
Een voorbeeld is Jegan, die met vragen rondliep op zijn werk in Dakar en door middel van een vriend overging tot het christelijk geloof. „Hij gaat nu naar het dorp waar hij woonde om het Evangelie te delen. Hij is een vooruitgeschoven zendingspost. Waar westerse zendelingen niet kunnen komen, kan hij wel een Bijbelstudie starten.”
Tabitha Kieviet studeerde voor tropenarts en heeft haar roeping gevonden in het trainen van Senegalese christelijke gezondheidswerkers en in het werk in een christelijke kliniek voor basiszorg in Dakar. Daar worden wekelijks zo’n duizend mensen geholpen. Om vijf uur ’s morgens staat er al een lange rij patiënten te wachten, terwijl de kliniek pas om acht uur open gaat.
Tabitha krijgt dagelijks 30 à 50 mensen onder ogen in deze oudste missiekliniek van het land. „In de kliniek, waar 25 christenen werken, ben ik medisch verantwoordelijk. De meeste van mijn collega’s zijn Senegalees. Ik werk er graag, ook omdat ik iets kan uitstralen van de liefde voor de naaste.”
Ze vindt het een voorrecht om de liefde van Christus te delen met de mensen die daar komen. „Het gaat niet vanzelf. God geeft krachten om meer te doen dan ik soms zelf dacht te kunnen, bijvoorbeeld als iemand met een taxi naar het ziekenhuis moet en ik al de hele dag gewerkt heb of als er iemand na werktijd belt om te komen.”
Tabitha Kieviet kan de mensen niet altijd helpen, maar vaak toch „een eindje met hen oplopen. Zo kan extra aandacht een abortuswens soms afwenden. En hoe schrijnend de situatie soms ook is, er is vaak juist dan ruimte om te bidden met patiënten. In ieder geval kan ik hen in mijn persoonlijk gebed bij de Heere brengen.”
Een van haar patiënten was Adama, een vrouw die borstkanker had. „In haar cultuur was het niet gewoon om over de dood te spreken, maar zij had er wel behoefte aan. Ik heb haar voorzichtig verteld dat ze niet meer beter kon worden en dat ze zou sterven. Op een open manier kwam het gesprek zo op de hoop die we hebben in Christus. Ze heeft Hem aangenomen, tegen de wil van haar familie.”
Vervolging
De twee stellen dat de christelijke kerk in Senegal langzaam groeit en dat er inmiddels in de tot voor kort onbereikte stammen gelovigen zijn. Het is niet eenvoudig voor deze christenen, omdat ze te maken krijgen met sociale uitsluiting. Toerusting is heel belangrijk.
Jan Kieviet: „De geestelijke nood in Senegal is groot. Mensen zoeken vaak met veel toewijding naar God. Het is een voorrecht dat we het nieuws van de God Die verzoening brengt met hen mogen delen. Onze Senegalese broeders en zusters hebben ondanks de vervolging geen spijt van hun keuze.”
Ze hopen beiden dat het zendingsbewustzijn in Nederland groot blijft. „Het is belangrijk om in de wereld om ons heen te blijven getuigen van het heil dat in Christus is. We hopen dat de kerk in Nederland een zendende kerk blijft.”