Wycliffe Bijbelvertalers helpt slachtoffers aardbeving Papoea-Nieuw-Guinea
Papoea-Nieuw-Guinea wordt sinds vorige week geteisterd door aardbevingen. Daarbij zijn al meer dan honderd mensen omgekomen. Wycliffe Bijbelvertalers in Driebergen is een noodhulpactie gestart voor slachtoffers.
De exacte omvang van de schade van de bevingen is nog altijd onbekend. Het getroffen gebied ligt op ruim 500 kilometer afstand van de hoofdstad Port Moresby en bijna alle communicatieverbindingen zijn verbroken. Ook zijn wegen onbegaanbaar.
Papoea-Nieuw-Guinea –dat ten oosten van Indonesië ligt en ten noorden van Australië– maakt deel uit van de zogeheten Pacifische Ring van Vuur, waar verschillende tektonische platen op elkaar botsen. Het is een van de geologisch meest actieve gebieden op aarde.
In de nacht van dinsdag op woensdag schudde de aarde er opnieuw. Bij een krachtige naschok van 6,7 op de schaal van Richter kwamen in een afgelegen berggebied in de provincie Hela zeker 25 mensen om het leven.
Sinds vorige week zijn er al meer dan 100 mensen omgekomen en vielen er zeker 500 gewonden.
De christelijke organisatie Wycliffe Bijbelvertalers is een noodhulpactie gestart voor de slachtoffers van de aardbeving in Papoea-Nieuw-Guinea. Wycliffe, een van de weinige organisaties die op dit moment in het gebied actief zijn, krijgt vanuit het aardbevingsgebied vooral signalen dat er een tekort is aan water, voedsel en medicijnen. Volgens de organisatie zijn er in totaal 150.000 mensen getroffen. De slechte bereikbaarheid van het gebied bemoeilijkt de hulpverlening.
Samen met zendingsorganisatie MAF voorziet Wycliffe de slachtoffers van hulp. De enige manier waarop dat kan, is door de lucht, zei Wycliffedirecteur Bram van Grootheest woensdag. Er lopen nauwelijks wegen vanuit de hoofdstad naar de afgelegen gebieden in de provincie Southern Highlands. Wycliffe heeft materieel –vier vliegtuigen en twee helikopters– aan MAF beschikbaar gesteld. Dorpen op berghellingen zijn door aardverschuivingen volledig begraven. Veel mensen zijn in paniek, weet Van Grootheest. „Elk kwartier is er wel een naschok. Er gaan veel dingen kapot.” Veel mensen hebben hun woongebied verlaten om hun toevlucht te zoeken bij de landingsbanen in het gebied. Daar bivakkeren nu duizenden mensen.
Op het moment van de eerste aardbeving lag de Nederlandse Wycliffemedewerker Anne Stoppels te slapen, op 12 kilometer bij het epicentrum vandaan. Stoppels vluchtte haar huis uit om te schuilen bij een collega, in een huis met een rieten dak. Op dit moment is zij in Nederland.
„Men is daar wel wat gewend als het om aardbevingen gaat”, aldus Bijbelvertaalster Stoppels, „maar dit is van een heel andere orde.”
Die eerste aardbeving veroorzaakte een flinke brand op een verderop gelegen olieveld, waar gaspijpen sprongen, vertelt Stoppels. „Toen het eenmaal licht werd, konden we op een bergrug allemaal kale plekken zien, waar enorme aardverschuivingen hadden plaats gevonden.”
In het gebied zijn voor Wycliffe 18 Nederlandse veldwerkers actief. Zij zijn ongedeerd gebleven.