Hulporganisaties moeten werken aan correctie van moraal hulpverleners
Onthutsend zijn de berichten dat leden van hulporganisaties mensen in nood willen helpen tegen betaling met seks. Uit een recent VN-rapport blijkt dat seksuele intimidatie bij uitdeellocaties van hulporganisaties geregeld voorkomt.
Op sommige plaatsen is het zo erg dat vrouwen, ondanks de grote nood waarin ze verkeren, helemaal niet meer naar uitdeelpunten toe gaan. Ze verkommeren liever dan dat ze in hun eer worden aangetast door het vernederende optreden van de VN-medewerkers
De vluchtelingenorganisatie UNHCR is heel duidelijk. Ze tolereert seksuele uitbuiting absoluut niet. Toch gebeurt het. Het kwaad geschiedt vooral door lokale medewerkers op wie de VN, naar eigen zeggen, minder grip heeft.
Nu is het eenvoudig om vanuit een luie stoel in een welvarend land een hard oordeel te vellen. In de moeilijke, vaak chaotische omstandigheden waar hulporganisaties moeten opereren, blijken protocollen en gedragscodes meestal niet (goed) te werken.
Het ontslaan van (lokale) werkers is meestal ook geen optie. De buitenlandse medewerkers van hulporganisaties kunnen in veel gevallen niet diep genoeg in het rampgebied komen en moeten dus terugvallen op mensen uit de gebieden zelf.
Daarmee is overigens niet gezegd dat de hulporganisaties ontslagen zijn van de plicht om het kwaad van seksuele intimidatie te bestrijden. Zij moeten alles doen wat in hun vermogen ligt om dit tegen te gaan. De kwetsbare mensen voor wie zij werken, hebben juist bescherming tegen kwaadwillenden nodig.
Bij het nagaan van de oorzaken van deze ontoelaatbare praktijken wordt er nogal eens gewezen op de andere moraal die in niet-westerse landen geldt als het gaat om de omgang tussen beide seksen. Mannen zien vrouwen daar vaak als een object waar ze naar eigen inzicht over kunnen beschikken. En hoewel overspel in veel niet-westerse culturen nog altijd als een groot kwaad wordt gezien, deinzen mannen er vaak niet voor terug om vrouwen te misbruiken. Niet zij, maar hun slachtoffers worden in de meeste gevallen gestraft. Het is daarom belangrijk dat gewerkt wordt aan correctie van deze moraal.
Overigens gaat het niet aan om de uitspattingen uitsluitend te verklaren vanuit het verschil in morele opvattingen in de diverse culturen. De recente golf aan berichten over seksuele intimidatie in westerse landen bewijst dat dit kwaad zeer wijdverbreid is. Sterker, de berichten over de MeToobeweging zijn waarschijnlijk de aanjager voor het actuele nieuws over grensoverschrijdend gedrag bij hulpverleners.
In brede lagen van de samenleving groeit het besef dat mannen in de omgang met vrouwen grenzen van het betamelijke in acht moeten nemen. Omgekeerd natuurlijk ook. Werd dat tien, twintig jaar geleden niet preuts genoemd? Nu blijkt dat dit nog niet zo vreemd was. Soms keert de wal het schip.