1 Stel, je bent de hele dag buiten actief en komt hongerig thuis. Waar heb je dan zin in? Een boterham, een appel, een salade? Of is het eerste waar je aan denkt pizza, patat of pannenkoeken? Waarschijnlijk het laatste. Niet voor niets wordt een winterse wandeling vaak afgesloten met erwtensoep of warme chocolademelk. Warm eten verzadigt meer dan een koude maaltijd. Het geeft zo’n lekker vol gevoel.

2 Hoe dat komt, daar zijn wetenschappers het niet over eens. Wel weten ze waarom we ons meer tot een warme dan een koude maaltijd voelen aangetrokken. Geur (en dus ook smaak) komt door de warmte beter tot zijn recht. Maar er is meer. Koken maakt voedsel beter verteerbaar. Er is al wat voorwerk gedaan. Het lijkt erop dat warm eten –waarin veel vetten vloeibaar zijn geworden– in maag en darm makkelijker wordt verteerd dan het gestolde vet van bijvoorbeeld een koude braadworst. En juist die goede verteerbaarheid brengt maag en darm in moeilijkheden, met misselijkheid, oprispingen en een vol gevoel als resultaat.

3 Gelukkig zijn er voor mensen die een verzadigd gevoel willen hebben zonder die neveneffecten ook minder calorierijke voedingsmiddelen voorhanden. Vezels hebben een goede naam. Groente, fruit en ontbijtgranen zitten er vol mee. Wie bijvoorbeeld ontbijt met een bord havermout, heeft tot aan de lunch geen last van een rammelende maag. Ook water geeft een vol gevoel, met name als het warm wordt gedronken. Vreemd, want voor water gelden al de verklaringen die voedingsdeskundigen gevonden hebben niet. Er zit geen vet in, of iets anders wat kan worden voorverteerd. Zou het dan toch alleen in de warmte zitten?