Faalt ons rechtssysteem?
Juridisch gezien is er in de eerdere zaak van Michael P. niets misgegaan; gevoelsmatig wellicht wel. Dat betoogt Ruben Aksay.
Het is inmiddels ruim een week geleden dat Anne Faber dood werd teruggevonden. Veel mensen zitten nog met onbeantwoorde vragen: Wie is de betrokken Michael P.? Waarom heeft hij eerder geen tbs opgelegd gekregen? Faalt ons rechtssysteem? Kortom: Hoe heeft dit kunnen gebeuren?
Allereerst is het goed om te benoemen dat Michael P. nog steeds verdachte is, hoe onwaarschijnlijk het ook is dat hij de dader niet zou zijn. Het is bovendien niet de eerste keer dat deze Michael P. met justitie in aanraking komt.
In 2011 werd hij veroordeeld tot zestien jaar gevangenisstraf –de maximaal op te leggen gevangenisstraf– voor een dubbele verkrachting, vijf afpersingen, poging tot diefstal met geweld en verboden wapenbezit. In hoger beroep werd deze straf verlaagd tot elf jaar. P. bekende bij de rechtbank zijn daden en werkte mee aan het politieonderzoek. Waar hij niet aan wilde meewerken, was het multidisciplinair onderzoek bij het Pieter Baan Centrum. Als verdachte hoef je immers niet mee te werken aan je eigen veroordeling. Omdat er geen betrouwbaar oordeel te geven was over zijn persoonlijkheid en over een mogelijke stoornis besloot de rechtbank Michael P. geen tbs op te leggen.
In principe heeft de rechter wel de bevoegdheid om tbs op te leggen, ook zonder het multidisciplinair onderzoek. Daar zijn zelfs legio voorbeelden van te noemen. Dat dit bij Michael P. niet is gebeurd, is een weloverwogen beslissing geweest van de rechter.
Juridisch gezien is die beslissing niet geheel onbegrijpelijk, omdat het voor de rechter lastig kan zijn om tbs op te leggen terwijl hij geen stukken bezit om deze maatregel nader te motiveren. De rechter hoort nu eenmaal te motiveren, juist omdat de maatschappij transparantie verlangt. Een pro justitia-rapportage (een onderzoek naar de geestesgesteldheid van de verdachte ten tijde van het begane feit) was wel aanwezig. Dit rapport vormde echter onvoldoende aanleiding om tbs op te leggen.
Ratio
Het feit blijft dat de rechter Michael P. geen tbs heeft opgelegd. Kunnen we dan –samen met een half miljoen Nederlanders– concluderen dat daarmee ons rechtssysteem faalt? Ik denk het niet.
Juridisch gezien is er in deze zaak namelijk niets misgegaan; gevoelsmatig wellicht wel. Maar een juiste eindbeslissing is gebaseerd op ratio en niet op gevoel. De verontrusting binnen de samenleving is zeker te begrijpen. Vooral het idee dat deze Michael P. –hoogstwaarschijnlijk– weer een ernstig strafbaar feit heeft gepleegd met een vreselijke afloop, doet de gemoederen hoog oplopen. Maar dat dit komt door een falend rechtssysteem vind ik te kort door de bocht.
Ik kan ook een andere vraag stellen: wanneer is er sprake van een slagend rechtssysteem? Want wat te denken van voorbeelden waarbij ex-gedetineerden wél tot berouw komen en leren van hun daden? Daar horen we niks over. Goed nieuws is immers niet zo populair. Ik zie de krantenkoppen al voor me: ”Volkert van der G. heeft een baan en gaat binnenkort trouwen”. Dat zal vast niet de voorpagina halen, hoogstens een vermelding op de entertainmentpagina. Maar, mocht een Volkert van der G. tóch weer in de fout gaan, dan kunnen we in ieder geval het hof in Amsterdam de schuld geven.
Signaal aan de wetgever
Moeten we die schreeuw van zo veel Nederlanders dan niet serieus nemen? Zeker wel. Het geeft aanleiding tot discussie en is een signaal aan de wetgever. Op dit moment wordt er door advocaat mr. Sébas Diekstra betoogd dat de rechter een bevel tot onderzoek kan geven als er op basis van de feiten aanwijzingen zijn voor ernstig gestoord gedrag. Indien de verdachte dan weigert mee te werken, zou de rechter die weigering ten nadele van de verdachte kunnen uitleggen en opvatten als aanknopingspunt voor het opleggen van tbs.
Ik kan mij vinden in dat standpunt. Maar daarmee is zeker niet alles gezegd. Zulke schrijnende gevallen laten in ieder geval zien dat grondig onderzoek naar de feiten én de dader onontbeerlijk is.
De kans dat Michael P. –als zijn daderschap in rechte komt vast te staan– deze keer wel tbs opgelegd krijgt, is zeker aanwezig. Dus ook zonder het multidisciplinair onderzoek, met steun van een half miljoen Nederlanders. Het zou van stoutmoedigheid getuigen om nu nog tegen tbs te pleiten. Toch?
De auteur is masterstudent strafrecht aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.