Complimenten voor Segers (CU) en Pechtold (D66) op partijbijeenkomsten
Vlak na de verkiezingen clashten ze nog. Binnenkort zitten ze samen op het pluche. Segers (CU) en Pechtold (D66) kregen vrijdagavond volop complimenten voor het regeerakkoord. De tegenstellingen blijven echter groot. „Halverwege speelt de voltooidlevenkwestie op.”
Een enthousiast applaus klinkt op in het Hilversumse Gooilandtheater als CU-partijleider Segers vanaf het podium het woord neemt. Een kleine 300 CU’ers zijn bijeengekomen, voor een uitlegsessie over het regeerakkoord.
„We hebben onder andere ingebracht dat voor ons elk mensenleven telt”, blikt Segers terug. „En de aanbevelingen uit het manifest ”Waardig ouder worden” staan in het regeerakkoord.” Met het manifest probeerde zijn partij de door D66 aangezwengelde voltooidlevendiscussie te kantelen en aandacht te vragen voor het belang van een goede ouderenzorg.
De CU-partijleider erkent dat het regeerakkoord D66 niet verplicht om haar initiatiefwet over voltooid leven van tafel te halen. „Maar zolang het maatschappelijk debat nog loopt en het kabinet laat uitzoeken wat mensen die zich overbodig voelen eigenlijk nodig hebben, trekken we als coalitiepartijen gezamenlijk op.”
En daarna? Segers: „Als het debat is afgerond, neemt elke partij haar eigen standpunt in.”
„Van mensen als Rutte en Buma weet je nooit welke kant ze onder druk van hun partij zullen op vliegen”, verzucht voorzitter Frans Plevier (69) van de CU-afdeling in Teylingen buiten de plenaire zaal. Halverwege komt het moeilijkste deel; is dat wat hij verwacht? „Ja”, zegt Plevier, „want dan speelt dat voltooidlevengebeuren weer op.” De CU’er hoopt op uitstel van de D66-initiatiefwet. „Het zou mooi zijn als ze er niet uitkomen met z’n vieren. Dan moeten zij blijven debatteren tot het eind.”
Volgens de Friese CU’er Gert Schouwstra (56) komt het nu aan op het selecteren van bewindspersonen „die zullen blijven handelen in de geest van het regeerakkoord.” Wilco Scheurwater (53), lid van de CU-fractie in Provinciale Staten van Zuid-Holland, is optimistisch. „De regels voor hulp bij zelfdoding verruimen, is veel te riskant. Ik denk dat mijn partij de anderen, inclusief D66, daarvan overtuigt.”
Segers waarschuwt de plenaire zaal niet alles te verwachten van „de politiek.” Hij roept de CU-leden op in beweging te komen. „Niet om te veroordelen, maar om te helpen, om datgene wat krom is een heel klein beetje rechter te maken.” Segers rekent op de achterban en op „onze partnerorganisaties”: Siriz, SchuldHulpMaatje, 113 Zelfmoordpreventie en het Scharlaken Koord. Hij omschrijft ze als de organisaties die „dicht bij God in de wereld willen staan”, net als de CU.
„Het kleine wonder van de regeringsdeelname van de CU is geschied”, zegt Bert Dorenbos, oud-voorman van de stichting Schreeuw om Leven. „Het wachten is op het grote wonder, de bekering van Nederland. Dat vraagt van ons allemaal verootmoediging en schuldbelijdenis. En gebed.”
Klapvee
„Veel klapvee zit er vanavond in de zaal”, mort een bebaarde man. „Ik hoor te veel complimenten.” Zijn observatie klopt. Kritisch zijn de honderden D66’ers –vrijdagavond bijeen in de Rijtuigenloods te Amersfoorts– bepaald niet. Ze zijn veel te blij dat „D66 eindelijk terug is waar ze hoort te zijn”, zoals partijleider Pechtold zegt, „in het hart van het politieke landschap.”
Natuurlijk had hij liever in een kabinet met progressieve partijen als PvdA en GroenLinks gezeten („maar zíj wilden niet”) dan met CDA en CU. „Ik heb meer dan eens twijfels gehad”, erkent Pechtold. „Gedacht: wegwezen. Als ik bang was dat het vrijzinnige geluid zou verstommen. Maar niet-samenwerken zou het failliet van het politieke midden betekenen.”
De partijleider legt uit dat de coöperatie met de CU steeds beter werd, „naarmate we vaker fundamentele gesprekken voerden en vaker naar elkaar luisterden. We ontdekten dat we elkaar konden vinden in het diepst van onze overtuigingen. We gingen minder voor ons eigen gelijk en vonden meer win-winsituaties.”
Op het gebied van medische ethiek „hebben we goed gekeken naar beider doelen”, vervolgt hij. In het regeerakkoord zijn uiteindelijk de progressieve thema’s „niet te missen.” Pechtold somt op: „We voeren het manifest ”Waardig ouder worden” uit, we verkennen de ruimte die de euthanasiewet nog biedt. En Kamerlid Dijkstra kan verder met haar wet rond voltooid leven.”
En dat is nog niet alles: „We voeren met de vier coalitiepartijen het héle regenboogstembusakkoord uit. Alle acht punten. En we verruimen de geest: we experimenteren met het reguleren van wietteelt.”
Het regeerakkoord is uiteindelijk zó progressief geworden dat SGP-leider Van der Staaij donderdag „met een wat korzelig gezicht” sprak over de „geurvlaggen van D66”, memoreert Pechtold. In het hele afsprakenpakket zit, wat hem betreft, „nergens een écht pijnpunt.”
Progressieve noot
Van de vijftien, zestien vragen die de leden stellen, gaat er één over medische ethiek – en dat is ook nog eens een compliment: „Met die paragraaf in het akkoord is erg zorgvuldig omgegaan. Het was een hele opgave om zulke uiteenlopende standpunten bijeen te brengen.” Daarnaast is er wat kritiek op afspraken over het kinderpardon, de btw-verhoging en het referendum.
Partijcoryfee Jan Terlouw moedigt de D66-fractie aan „precies uit te voeren wat in het regeerakkoord staat” en waar mogelijk daarbij „een progressieve noot” te plaatsen. Pechtold belooft plechtig in de gaten te houden of de coalitiegenoten –vooral Rutte, die met zo’n beetje alle partijen al heeft samengewerkt– zich aan de afspraken houden. „Daarom blijf ik in de Kamer.”