Prentenboek ”Handje?” van Tjibbe Veldkamp en Wouter Tulp: herkenbaar en verrassend
Goede prentenboeken zijn herkenbaar en verrassend tegelijk. Zoals het nieuwste boek van Tjibbe Veldkamp en Wouter Tulp, ”Handje?”.

Peuter Anna loopt op straat, aan de hand van haar vader. „Ik ga bij de apen kijken”, zegt ze. „Nee hoor”, zegt haar vader „Jij gaat mee naar huis.”
De bijbehorende prent is pijnlijk herkenbaar: de vader –in lange gele regenjas en met jagershoedje op– heeft Anna weliswaar vast, maar hij kijkt naar links, zij naar rechts. Anna wijst richting de dierentuin om de hoek, de vader tuurt onafgebroken naar zijn telefoon.
Het verrassende komt meteen erna. Wat je in het dagelijks leven zou verwachten –een sputterende peuter, een resolute vader– gebeurt niet. Anna trekt gewoon een eigen plan. Daar zijn maar weinig woorden voor nodig. „Anna zag een vader die wel naar de dierentuin ging. Dus toen nam ze die.” Op de ene tekening zie je Anna aan de hand van haar vader, die nog steeds naar het scherm tuurt, en een vader met een blauwe jas en een eveneens in het blauw gekleed zoontje. Op de plaat erna heeft de gele vader het blauwe jongetje aan de hand en de blauwe vader wordt door Anna meegetrokken naar de apen. Beide vaders merken niets. Deze wisseltruc herhaalt zich nog diverse keren. Dat Anna een T-shirt in regenboogkleuren aanheeft, is veelzeggend – een knipoog van de illustrator.
Na een aantal uren vol avontuur –onderkoeld verwoord als: „De dierentuin is vandaag nog leuker dan anders”– komt Anna weer veilig thuis aan. Nou ja, bijna.
Boekgegevens
”Handje?”, Tjibbe Veldkamp en Wouter Tulp; uitg. De Fontein, Utrecht, 2017; ISBN 978 90 261 4067 9; 32 blz.; € 13,50.