De Oranjes laten zich best nog regelmatig interviewen
Leden van de koninklijke familie laten zich amper interviewen. Dat beeld bestaat. De werkelijkheid is anders, want alleen al het weekblad Elsevier nam de Oranjes sinds 1963 meer dan twintig keer een interview af. Die gesprekken zijn door hoofdredacteur Arendo Joustra gebundeld in ”Een titel maakt de mens niet”. De interviews geven een mooi inkijkje in ruim een halve eeuw Nederland en het Koninklijk Huis. Het eerste interview is dat met prins Bernhard en zijn dochter prinses Irene.
Ook prinses Beatrix (1965) en prins Claus (1972) lieten zich verleiden tot een interview. Mr. Pieter van Vollenhoven is door Elsevier in 1972 bevraagd over zijn plek naast prinses Margriet. Prins Carlos –de man van prinses Irene– liet optekenen dat Spanje niet in de NAVO hoort.
Bijzonder is dat koningin Beatrix en prins Claus zich twee jaar na de troonsbestijging lieten interviewen. Een van de opvallend openhartige citaten luidt: „Wij allen moeten de kernbewapening beperken”, en dat in een tijd waarin de discussie over kernwapens volop gaande was in Nederland.
Prins Willem-Alexander kwam in 2007 en 2012 aan het woord. Het accent in het laatste interview ligt op de relatie van de koning met de krijgsmacht. Elsevier wist koningin Máxima nog niet te strikken.
Het meest recente interview is een gesprek met prins Constantijn –broer van de koning– die zich, aldus het interview, geen reservekoning wil laten noemen. Hij praat vooral over zijn inzet voor jonge bedrijven met veel potentie.
Boekgegevens
”Een titel maakt de mens niet. Alle Oranje-interviews uit Elsevier”, Arendo Joustra (red.); uitg. Elsevier, Amsterdam, 2017; ISBN 978 90 3525 358 2; 221 blz.; € 14,95.
