„Franse taal verdient blijvend aandacht”
„Het is een strijd om het belang van de Franse taal bij de Nederlandse overheid onder de aandacht te brengen. Maar we blijven optimistisch.” Dat zei de Franse ambassadeur in Nederland, Philippe Lalliot, vrijdag bij de opening van het veertiende nationaal congres van leraren Frans in Noordwijkerhout. Er waren ongeveer 550 deelnemers, voornamelijk docenten uit het voortgezet onderwijs. Ook diverse reformatorische scholen waren vertegenwoordigd. Aan het slot werd de Franse schrijver Philippe Claudel geïnterviewd.
Frans is de eerste taal voor 220 miljoen mensen en wordt op alle continenten gesproken. In Nederland is daarentegen de toekomst van het vak Frans op scholen onzeker. In 2032 verdwijnt het wellicht uit het verplicht onderwijscurriculum, en het is onzeker wat de nieuwe regering wil, bleek tijdens het congres.
Toch zijn er uiteenlopende redenen waarom de taal blijvend aandacht verdient, zeggen reformatorische docenten Frans die op het congres aanwezig waren. Nicorine Baaijens-Luijendijk, docente aan het Calvijn College Goes: „Ik zeg altijd tegen leerlingen: Een taal leren betekent dat je een sleutel in handen hebt waarmee je deuren opent die anders dicht zouden blijven. Het Frans is onze buurtaal! En een taal leren betekent ook een cultuur leren kennen, wat zorgt voor begrip tussen volken.”
Baaijens-Luijendijk wijst ook op de meerwaarde van Frans ten aanzien van vluchtelingen. „Als christenen hebben we de plicht om de Bijbelse boodschap uit te dragen. Dat kan vaak niet in het Engels. Het Frans geeft kansen om ook de binnenstromende vluchtelingen uit Mali, Congo en de Maghreblanden te bereiken.”
Haar collega Annalies Ras-Nieuwenhuyzen van het Calvijn College Krabbendijke noemt een economisch punt. „Met name in Zeeland is Frans een belangrijke exporttaal, bijvoorbeeld voor de uien, de vis en de mosselen.” Jaap Kievit, docent aan de CSG Prins Maurits Middelharnis, kan het economisch belang beamen. „In China is meer en meer aandacht voor het Frans”, zegt hij. „Chinezen zien kansen voor handel met Franstalig Afrika. Nederland verliest ettelijke miljoenen doordat het bedrijfsleven onvoldoende Frans spreekt.”
Derk-Jan Roestenburg, docent aan de Jacobus Fruytier scholengemeenschap Apeldoorn, erkent dat Frans best een lastige taal is om te leren. „Het vertoont nu eenmaal minder verwantschap met het Nederlands. Maar het is zó geweldig mooi als je merkt dat leerlingen ervoor gaan en er blijkbaar het belang van inzien. Ik zeg tegen mijn leerlingen: We leren hier geen vak… maar een taal die op nog geen drie uur rijden hiervandaan wordt gesproken! Binnenkort hoopt een aantal leerlingen van klas 5 vwo een studiereis te maken naar een protestants-christelijke school in de buurt van Lyon.” Zijn collega Henry van Wingerden van de locatie Uddel is tevens loopbaanbegeleider. Hij probeert leerlingen bewust te maken van het feit dat zij vanwege de exclusiviteit van het Frans meer mogelijkheden hebben op de arbeidsmarkt.