Kerk & religie

Dagboek biedt overdenking van dakloze, prostituee en vluchteling bij Bijbeltekst

Vluchtelingen uit Syrië en Eritrea, daklozen, prostituees en verslaafden. In het dagboek ”40 dagen van de straat” reflecteren ze elk op een Bijbeltekst. „Je ontmoet geloof en ongeloof, zoeken en vinden.”

18 February 2017 19:15Gewijzigd op 17 November 2020 00:46
Dak- en thuislozen doen zich tegoed aan een warme maaltijd in Amsterdam. Aan een dagboek van Tot Heil des Volks werkten diverse daklozen mee. beeld ANP, Robin Utrecht
Dak- en thuislozen doen zich tegoed aan een warme maaltijd in Amsterdam. Aan een dagboek van Tot Heil des Volks werkten diverse daklozen mee. beeld ANP, Robin Utrecht

Het dagboek –een uitgave van Tot Heil des Volks– wordt voor 1 maart, het begin van de veertigdagentijd, bezorgd bij onder anderen abonnees van het maandblad de Oogst. In de periode tot Pasen kunnen ze elke dag een bijdrage lezen van mensen die de christelijke organisatie Tot Heil des Volks in haar werk tegenkomt.

„De teksten hebben ons ontroerd doordat ze rauw zijn en recht voor de raap”, schrijft algemeen directeur ds. Gert Hutten in zijn voorwoord. Ruben Timman maakte bij elke dag een foto, de ene keer met een persoon, de andere keer met een straatbeeld. Onder aan elke bijdrage staan vragen om over na te denken.

De Syrische vluchteling Kenza staat stil bij Mattheüs 2:13, waarin een engel tegen Jozef zegt dat hij met Maria en het Kind naar Egypte moet vluchten. „Jezus was een vluchteling, zeg je? Dan weet Hij dus hoe het is om alles kwijt te raken en doodsbang te zijn”, schrijft Kenza, die angstige momenten tijdens haar eigen vlucht beschrijft. „De bommen maakten een gillend geluid. Nog steeds hoor ik dat geluid als ik nachtmerries heb.”

Wahib dacht tijdens zijn vlucht uit Eritrea vaak dat hij het niet zou overleven. „Ik was alleen en als christen had ik geen bescherming. Ik was er vaak van overtuigd dat ik zou sterven. Ik was daar niet bang voor. Dan zou alle ellende tenminste over zijn en zou ik bij God zijn”, schrijft hij bij een tekst uit Johannes 11 over Jezus Die de Opstanding en het Leven is.

De bijdragen brengen de lezer in aanraking met een leefwereld die soms ver van hem af staat, maar voor velen in de wereld de dagelijkse realiteit is. Wat te denken van Amanda, die werkt als prostituee en elk dag voor ze begint met werken knielt voor een bidprentje met Maria en bidt om voldoende klanten om haar rekeningen te kunnen betalen. „Ik heb nu geen andere opties dan dit werk te doen, maar ik weet dat Hij voor me zorgt.”

Dakloze Gerhard staat stil bij Mattheüs 6:19, in de vertaling: „Je moet niet proberen om rijk te worden op aarde.” Hij zegt dat zijn leven simpel is. „Ik zit niet vast aan spullen, want die heb ik niet. (…) Voordat ik dakloos werd, was ik manager bij een winkel en had ik een goed leven. Maar toen ik niets meer overhield, vielen er toch veel zorgen van me af. Apart he?” Vraag aan de lezer: „Zit jij vast aan spullen. Waarom?”

Ook kinderen leverden een bijdrage aan het dagboek. De 7-jarige Hasan reageert op de uitspraak van Jezus: „Ik ben de goede Herder.” Hasan: „Door iets goeds te doen voor een ander kun je punten verdienen voor Hem. Dan doe je het goed. Je moet bidden en vasten zoals Hij dat wil, want dan ga je misschien naar het paradijs.” De lezer krijgt twee vragen mee: wat leert het vers uit de Bijbel jou over Jezus? En: wat raakt je het meest in Hasans woorden?

Elke bijdrage roept haast als vanzelf een reactie op, soms van verwondering, soms van tegenspraak. Maar altijd is er dan ook een vraag aan jezelf: wat leer jij in dit gedeelte van Jezus?

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer