Blair: Britten niet misleid over Irak
De Britse premier Tony Blair blijft met kracht ontkennen dat hij bewust de inlichtingen over in Irak aanwezige massavernietigingswapens verkeerd heeft voorgesteld. Hij weigert daarom in te gaan op aanhoudende verzoeken van zijn tegenstanders in het parlement om zijn excuses aan te bieden voor het „misleiden van het Britse volk.”
Op een rommelige zitting van het Britse Lagerhuis was Blair woensdag wel bereid te erkennen dat de inlichtingen die de regering gebruikte om aan te tonen dat er massavernietigingswapens in Irak aanwezig waren, niet deugden. „Maar ik weiger te erkennen dat er iemand is misleid. Ik bied geen excuses aan voor het verwijderen van Saddam Hussein. Ik bied geen excuses aan voor het conflict. Ik ben van mening dat het toen juist was, dat het nu juist is en dat het essentieel is voor de bredere veiligheid in de regio en de hele wereld”, zei Blair.
Achttien maanden nadat Groot-Brittannië in het kielzog van de Amerikanen Irak binnenviel, is de invasie nog steeds hoofdonderwerp in het Britse politieke debat. De belangrijkste reden voor Blair om deel te nemen aan de oorlog in Irak was zijn overtuiging dat Saddam over massavernietigingswapens beschikte. Om de sceptische bevolking warm te maken voor de oorlog, presenteerde de regering een inlichtingendossier met bewijzen voor het bestaan van de Iraakse wapens en het gevaar dat ervan uitging.
Uit een officieel onderzoek in juli bleek echter dat van de inlichtingen uit het desbetreffende dossier niets klopte. Maar in vier afzonderlijke onderzoeken werd ook geconcludeerd dat de Britse regering het parlement en de bevolking nooit bewust heeft willen misleiden. De oppositiepartijen in het Lagerhuis blijven Blair evenwel om excuses vragen voor het in hun ogen verkeerd presenteren van de inlichtingen.
De leider van de Conservatieve Partij in het Lagerhuis, Michael Howard, wees er woensdag op dat Blair vóór de oorlog in Irak zei dat er volgens de inlichtingen geen twijfel over bestond dat Saddam massavernietigingswapens had, terwijl de bewijzen daarvoor uiterst schamel waren. „Ik steun de oorlog. Het was een juiste stap”, zei Howard. „Maar u heeft de inlichtingen die u heeft gekregen niet nauwkeurig aan het land gepresenteerd. Biedt u daar nu uw excuses voor aan?”
Maar Blair weigerde en beschuldigde Howard ervan een politieke xxdraaideur te zijn. „Terwijl hij de oorlog heeft gesteund en ons heeft opgeroepen deel te nemen aan de invasie, probeert hij nu voordeel te halen uit antioorlogssentimenten, in de hoop dat dat hem meer geloofwaardigheid zal geven”, aldus de premier.
De Britse premier beet zijn andere criticaster Charles Kennedy, de leider van de Liberaal-Democraten, toe dat als het aan hen had gelegen, Saddam en zijn zonen nog steeds aan de macht waren geweest in Irak. Hij wees op het nieuws van woensdag, dat Amerikaanse onderzoekers in Noord-Irak massagraven hebben ontdekt met daarin lichamen van vrouwen en kinderen. Blair noemde het een bewijs van het verschrikkelijke regime van Saddam Hussein.