De VVD lijkt daarmee in sociaal-economisch opzicht een ‘linksere’ koers te kiezen dan de afgelopen jaren. De grootste regeringspartij erkent dat het nodig is „de rafelranden van het kapitalisme” bij te schaven. Daarbij past ook een sterkere rol van de overheid, „die ingrijpt als dat nodig is en via investeringen en gericht beleid economische groei stimuleert”.

„We moeten erkennen dat het beleid niet altijd heeft geleid tot het juiste resultaat”, zegt huidig fractieleider Klaas Dijkhoff, die ook meeschreef aan het verkiezingsprogramma, tegen het AD. „En het komt niet vanzelf goed als we op dezelfde weg door blijven gaan.”

De belasting op de energierekening moet als het aan de VVD ligt omlaag voor huishoudens en kleine bedrijven. Vervuilende industrieën moeten juist meer gaan betalen. Mensen die hun eigen woning verduurzamen, moeten daarvoor een belastingvoordeel krijgen.

In de gezondheidszorg wil de VVD „problemen als gevolg van doorgeschoten marktwerking en bureaucratie” aanpakken. Verder moet geïnvesteerd worden in voldoende reservecapaciteit om te voorkomen dat de zorg bij een volgende gezondheidscrisis opnieuw overbelast wordt. Het verplichte eigen risico bij de zorgverzekering mag niet stijgen.

De VVD wil verder af van de situatie dat bezitters van een elektrische auto niet bijdragen aan onderhoud en aanleg van wegen, omdat zij geen wegenbelasting betalen. De partij wil dat zij via een kilometerheffing alsnog hun steentje gaan bijdragen. Voor andere automobilisten mogen de lasten niet stijgen.

Op het gebied van veiligheid en integratie houdt de VVD wel vast aan de huidige lijn. „De aanslagen in Frankrijk en Oostenrijk laten nogmaals op een verschrikkelijke manier zien dat we hard moeten blijven optreden tegen mensen die onze vrijheden misbruiken om hier dood en verderf te zaaien, of een parallelle onvrije samenleving te creëren.”