Bron- en contactonderzoek kan toename besmettingen niet bijhouden
De GGD kan het bron- en contactonderzoek niet snel genoeg uitbreiden om de exponentiële groei van het coronavirus bij te houden. Dat zegt GGD-directeur Sjaak de Gouw dinsdag tegen de Tweede Kamer.
Het virus verspreidt zich sneller dan het snelste opschalingsplan. Eind september kunnen de GGD’en 1500 bron- en contactonderzoeken (bco) per dag uitvoeren. Maar zowel maandag als dinsdag meldde het RIVM meer dan 2200 nieuwe coronagevallen. Het bco brengt in kaart welke mensen in aanraking zijn geweest met iemand die besmet is met het coronavirus. Afhankelijk van de situatie, kan mensen worden verzocht thuis te blijven of andere maatregelen te nemen.
Dat bco is een belangrijk onderdeel van de Nederlandse strijd tegen corona, maar de nieuwe opmars van het virus gaat te snel. De GGD’en kunnen niet in dit tempo opschalen. Het kost wat tijd voordat de mensen die hiervoor verantwoordelijk zijn goed zijn opgeleid. Het bijhouden van de verspreiding is dan ook „ondoenlijk”, zegt De Gouw in een briefing. Daarom zet de GGD in sommige gevallen ‘zelfonderzoek’ in. Besmette personen moeten hun huisgenoten en andere nauwe contacten dan zelf inlichten over de besmetting.
Als het aantal besmettingen blijft groeien, is het „dweilen met de kraan open”, waarschuwt De Gouw.