De Israëlische regering heeft zondagavond ingestemd met een nieuwe lockdown, die drie weken gaat duren en ook nog in een belangrijke vakantieperiode valt. Premier Benjamin Netanyahu zei op tv dat het besluit nodig was om verdere verspreiding van het coronavirus te voorkomen. De maatregel gaat vrijdag in, vlak voor Rosj Hasjana, het Joodse Nieuwjaar.

Tijdens de lockdown mogen de Israëliërs niet verder dan 500 meter van hun huis komen. Wel kunnen ze eventueel naar hun werk, maar daarvoor gelden restricties. Scholen en winkels gaan dicht, maar supermarkten en apotheken blijven open. De publieke sector draait door maar met minder personeel. Ook non-gouvernementele kantoren en bedrijven hoeven de deuren niet te sluiten zolang ze maar geen klanten ontvangen.

Bijeenkomsten in overdekte ruimtes worden beperkt tot maximaal tien personen, buiten mogen twintig mensen samenkomen met voldoende afstand tot elkaar. “Ik weet dat deze maatregelen een hoge prijs vragen aan ons allen. Het wordt niet de vakantie die we gewend zijn. En we kunnen het zeker niet gaan vieren met onze verspreid wonende familieleden”, aldus Netanyahu “De gezondheidszorg heeft de rode vlag gehesen. Dat dwong de regering tot actie”.

Sinds eind augustus stijgt het aantal nieuwe coronabesmettingen in Israël verontrustend. Zondag kwamen er ruim duizend infectiegevallen bij. Een dag eerder waren dat er nog meer dan 4000. In totaal hebben al meer dan 150.000 Israëli het virus opgelopen. Ruim 1100 patiënten overleden aan de gevolgen.

De minister van Volkshuisvesting Yaakov Litzman wachtte het kabinetsbesluit niet af en stapte op uit protest tegen de afkondiging van een tweede landelijke lockdown. Litzman is lid van de ultraorthodoxe partij Torah Judaïsme. Het land opnieuw op slot doen, getuigt volgens hem niet van respect voor Joodse feestdagen. Ook de viering van Jom Kipoer, de belangrijkste joodse religieuze feestdag die 27 september begint, wordt hard getroffen.