Barenbrug werkt aan supergras dat tegen droogte kan
Voor de doorsneeburger is een weiland niets anders dan een eenzijdig groen laken. Kenners weten beter: gras is interessanter dan het lijkt. Graszaadbedrijf Barenbrug werkt aan het gras van de toekomst. Dat is bestand tegen droogte en heeft minder stikstof nodig.
Het is ’s werelds meest belangrijke gewas: gras. Niet alleen voor gazons thuis of sportvelden –ook daar houdt Barenbrug zich mee bezig– maar vooral ook als diervoeding. Voor de koe is gras een van de twee belangrijkste voedselbronnen. Gras levert structuur, eiwitten en suikers. Met als gevolg –kort samengevat– groei en melkproductie.
De kwaliteit van gras is inmiddels enorm divers, vertelt Tim van der Weijde, grasveredelaar bij Barenbrug, gevestigd in Nijmegen. „Het verbeteren van de eigenschappen door het kweken van nieuwe voedergrassen gebeurt al zo’n honderd jaar. Er zijn honderden verschillende rassen.”
Bovendien is ieder grasplantje weer anders, vervolgt hij. „Daarom is een weiland eigenlijk helemaal niet eenzijdig. Elk grasplantje verschilt genetisch van de andere.”
Veel bloemen
Mensen zien graag een weiland met veel bloemen en biodiversiteit, maar dat heeft ook een keerzijde volgens hem. „Namelijk een slechtere voederkwaliteit, waardoor een koe meer methaan uitstoot. Je kunt je misschien wel voorstellen dat je niet twintig verschillen plantensoorten op het voederwaardeniveau van moderne grasrassen kunt brengen.”
Een boer wil graag rendement van zijn weiland. Niet alleen een hoge productie (wat vaak maaien betekent), maar ook gras met de benodigde voedingsstoffen zoals eiwit.
Kruisen
Dat is de core business van Barenbrug. „De veredeling begint met het kruisen van twee planten. Vervolgens ontstaat er een gewaspopulatie waar binnen geselecteerd wordt op eigenschappen. Bijvoorbeeld opbrengst. Snelle groei is dan belangrijk. We zaaien kleine veldjes in. Dat gras wordt gemaaid en gewogen. Verder is winterhardheid een voorwaarde. Je wilt niet dat het gras tijdens vorst kapot vriest. Ziekte- en droogtetolerantie zijn eveneens elementair, evenals stikstofefficiëntie.”
Dat laatste is een actueel onderwerp. Vooral boeren krijgen het nationale stikstofprobleem op hun bordje geschoven van de overheid. Barenbrug is inmiddels flink op weg om hier een oplossing voor te vinden. „Stikstof is nodig en zorgt voor groei. Maar veel stikstof dat door (kunst)mest op het land wordt aangebracht gaat door uitspoeling verloren en komt terecht in het grondwater. We werken daarom hard aan rassen die stikstof sneller opnemen, waardoor je het verlies door uitspoeling kunt beperken. Deze rassen hebben dan bij een reductie van 10 tot 20 procent in stikstofgift geen verlies van opbrengst of kwaliteit.”
Ieder beter ras dat jaarlijks op de markt komt wordt op het onderzoeksstation in Wolheze doorontwikkeld. „De afgelopen jaren hebben we in ons land ook steeds meer last van droge periodes. Daarom testen wij de droogtetolerantie onder zogenoemde rainout shelters; plastic kappen die via rails over het proefveld heengeschoven kunnen worden.”
Maar ook de andere al eerder genoemde eigenschappen zijn belangrijk voor de agrarische sector, legt Van der Weijde uit. „Een grastype dat prima tegen de droogte kan, gezond blijft en weinig stikstof nodig heeft, heeft geen toekomst zonder voldoende productiviteit.”
Veredelaars van Barenbrug werken samen met internationale universiteiten. Want wat vindt de koe er zelf van en wat betekent het nieuwe gras voor de uitstoot van methaan door het dier?
Lekker
Van der Weijde: „Smaak is ook een kwestie van gewenning. Maar als een koe iets lekker vindt, eet hij er meer van. Dat is weer goed voor de melkproductie.”
Duizenden zakken met proefrassen hangen er op dit moment te drogen in de kassen van Barenbrug. De komende tijd wordt het uitgangsmateriaal op percelen in heel Europa uitgezaaid. Op weg naar duurzaam supergras.