Coalitie moet schipperen tussen coronacrisis en verkiezingen
Het kabinet Rutte-III gaat zijn laatste jaar in, maar waar het dan meestal ‘een beetje uitdrijven’ wordt voor een kabinet, is het de komende maanden alle hens aan dek door de coronacrisis. Tegelijk zijn er verkiezingen in aantocht, op 17 maart, waarbij alle partijen zich ook van elkaar willen onderscheiden om in de gunst van de kiezer te komen. Dat kan bijten tussen de vier coalitiepartijen, maar de ministers benadrukken dinsdag vooral het gevoel van saamhorigheid en verantwoordelijkheid.
„Er zijn uitdagingen en ook risico’s op conflicten als er stevige partijpolitiek wordt bedreven”, beaamt D66-minister Wouter Koolmees (Sociale Zaken) in de tuin van het Catshuis, waar de jaarlijkse heidag van het kabinet dit keer plaatsheeft. „Natuurlijk wil D66 de grootste worden, maar we hebben nu een verantwoordelijkheid te nemen als regeringspartij.” De onzekerheid door de coronapandemie het komende jaar, vindt hij het belangrijkst. „Een oplopende werkloosheid tot 10 procent van de beroepsbevolking is een reëel risico. We moéten met elkaar samenwerken om dat te voorkomen.” Heeft Koolmees liever een goed kabinetsplan of een goed D66-plan? „Een goed kabinetsplan.”
Net als Koolmees gaat ook CDA-minister Wopke Hoekstra (Financiën ) ervan uit dat de aandacht en inzet voor de verkiezingen niet nu al op gang komt. Hoekstra denkt dat de campagne begin 2021 pas echt los komt. „Voor het CDA is het ook belangrijk de grootste te worden, maar we moeten nu als kabinet vol aan de bak om te doen wat nodig en verstandig is op het terrein van vooral de economie, financiën en de zorg.” Hoekstra is minder bezorgd over de eenmalige klap, maar meer over de economische effecten op de lange termijn. Volgens de CDA’er zouden weinig burgers het begrijpen „als de politiek zich daarom nu in de campagnestand zet”.
Onderwijsminister Arie Slob (ChristenUnie) is ook vol lof over de sfeer in het kabinet, die volgens hem onverminderd goed is. „We hebben wel iets meegemaakt de laatste maanden met elkaar. Het zorgt voor een verbondenheid waarvan we allemaal doordrongen zijn.” Hij verwacht ook niet dat ministers zichzelf of hun partij meer op de voorgrond proberen te zetten. „Het gaat erom wat nodig is voor het land en wat niet. Belangrijk is dat niemand dit alleen kan doen.”
VVD-minister Stef Blok (Buitenlandse Zaken), een oudgediende in de ministersploeg, wijst erop dat er altijd spanning binnen een coalitie is in het laatste kabinetsjaar vanwege de naderende verkiezingen. Hij constateert net als de anderen juist dat vanwege de coronacrisis er veel saamhorigheid is binnen de ploeg. „Er is een crisis te managen.” Blok: „Mijn gevoel is dat het verantwoordelijkheidsgevoel het komende jaar overeind zal blijven.”