In de strik geraakt
Romeinen 9:20a
„Maar toch, o mens, wie zijt gij, die tegen God antwoordt?”
Laat we uitermate voorzichtig en waakzaam zijn, dat wij niet in de strik raken van en gaan redetwisten met de satan over stukken, die het menselijk begrip te boven gaan. Wacht u daarom te zeggen: „Ik ben toch niet uitverkoren en daarom zal God mij niet aanzien om aan mij enig goed te doen.” Of dat u zou zeggen: „Het is voor mij toch tevergeefs de genademiddelen te gebruiken, omdat mijn genadetijd voorbij is. Och, de dagen der genade die ik heb gehad, toen de Heere liefelijk klopte aan mijn hart en toen het Hem behaagde mij op die tijd mijn zonden te laten zien. Maar ik, hardnekkige ellendeling die ik was, ik sloot de deur voor Hem toe en nu is Hij heengegaan en voorbijgegaan. En nu is er voor mij geen hoop meer op een genadig bezoekje, of dat Christus zou terugkeren om mij enige genade te bewijzen.”
Indien de duivel u zover kan krijgen, dan is al uw verwachting vergaan. Want op dit fundament zal geen mens ooit rust ontvangen voor zijn ziel, al komen er nog zoveel dagen. En hoe kan dat ook? Want indien die mens daar geen raad mee weet of niet die verwachting kent, hoe zal ik, prediker, in staat zijn deze verwachting te geven of hij, de hoorder, deze verwachting aan te nemen?
Thomas Hooker, predikant te Hartfort (Amerika) (”De arme twijfelende christen genaderd tot Christus”, 1660)