Mondkapjes op bij het ontbijtbuffet
Controles bij het passeren van de Duitse grens, een mondkapje op in Franse hotels, geen recreatieteam op de Oostenrijkse camping; een vakantie buiten de Nederlandse landsgrenzen verloopt dit jaar anders dan anders. „Ik vond de regels strenger dan ik had verwacht.”
We moesten het niet wagen zonder mondkapje in de gemeenschappelijke ruimtes van het hotel te komen, zegt Willeke van Deelen. Vorige week keerde de inwoonster van Groningen samen met haar moeder terug van een zesdaags verblijf in het Franse Wangenbourg. „Als je per ongeluk je mondkapje een keer vergeten was, sprak de directrice je daar gelijk op aan”, vertelt ze. „Dat ging niet altijd even vriendelijk. Ook wanneer je bij het ontbijtbuffet etenswaren haalde, moest je een mondkapje dragen. Maar iedereen gebruikte wel hetzelfde broodmes, erg apart.”
De regels in Frankrijk waren strenger dan Van Deelen verwacht had. Omdat ze haar dagen voornamelijk vulde met wandeltochten, had ze daar echter niet heel veel last van. „We zijn een dag naar Straatsburg geweest. Daar was weinig aan. Zo waren de pashokjes in kledingzaken vaak niet toegankelijk, moest je in alle winkels een mondkapje op en werd het aantal klanten strikt in de gaten gehouden. Het ontspannende gaat er dan wel af.”
Kampvuur
In Oostenrijk wordt laconieker met de maatregelen rondom het coronavirus omgesprongen, vertelt Jolanda van Wijngaarden. Het echtpaar uit Ouderkerk aan den IJssel keerde woensdag terug van een twaalfdaags verblijf op een camping in het Oostenrijkse Umhausen in de deelstaat Tirol. „Bij aankomst op de camping hadden wij een mondkapje opgedaan. Die konden we echter gelijk weer afdoen. De campingeigenaren vonden het dragen daarvan niet nodig.”
Het viel het echtpaar op dat in Duitsland en Oostenrijk heel verschillend met de veiligheidsmaatregelen werd omgegaan. „In Duitsland kwam je zonder mondkapje het tankstation of het toilet langs de snelweg bijvoorbeeld echt niet in. Ik vond het dan overigens wel weer apart dat er bij de pomp nergens plastic handschoenen lagen.”
In Oostenrijk is de bevolking een stuk makkelijker, zegt Van Wijngaarden. „Bij de ene supermarkt stond wel een desinfecterende handgel, bij de andere niet. Ook de 1,5 meter werd niet echt gehouden. Oostenrijkers gaan minder verkrampt met het virus om dan we in Nederland doen.”
Van controles onderweg had het echtpaar geen last. Wel zagen ze bij het passeren van de Fernpas in Tirol dat aan de andere kant van de weg automobilisten één voor één aan de kant werden gezet. „We gingen er daarom van uit dat wij op de terugweg ook wel gecontroleerd zouden worden, maar dat was niet het geval. Het viel ons op dat ze bij de controlepost voornamelijk Bulgaren staande hielden, waarschijnlijk omdat het virus in Bulgarije weer oplaait.”
Het was op de camping geen volle bak, zegt Van Wijngaarden. „Zo’n driekwart van de plaatsen was gevuld. Normaal gesproken organiseert een recreatieteam ook bijvoorbeeld een kampvuur of een spelletjesmiddag. Dat was er nu niet bij. Zelf hebben we dat niet gemist, maar voor gezinnen met jonge kinderen was dat wel jammer.”
Honden
Samen met een aantal vrienden bezocht Ian Witten het Italiaanse eiland Sicilië. Al op Schiphol viel hem op hoe weinig mensen zich aan de maatregelen hielden. „Personeelsleden droegen bijvoorbeeld niet eens mondkapjes. Twintig minuten na het opstijgen van het vliegtuig zetten de eerste mensen hun mondkapje al af, na een uur droeg ruim een derde van de passagiers er geen meer.”
Om Sicilië in te mogen moest het reisgezelschap zich vooraf registeren. „Maar bij aankomst werd niet gecheckt of we dat wel gedaan hadden. Ook controleerde niemand de gezondheidsverklaring die we moesten meenemen.”
Op het vliegveld in Catania leek het volgens Witten haast alsof het coronavirus er niet meer was. „Het was er druk. Niemand droeg een mondkapje en mensen waren aan het dringen om maar zo snel mogelijk hun koffer van de bagageband te halen.”
Alleen bij de Lidl controleerde het personeel of de winkelbezoekers wel een mondkapje droegen. „Maar toen ik afgelopen woensdag in een plaatselijk café wilde afrekenen, zei de uitbater dat ik mijn mondkapje maar meteen af moest zetten. Het was volgens hem veel fijner als we elkaars gezicht konden zien; we waren geen honden, zei hij.”
Tijdens zijn tiendaagse trip kwam hij in totaal zeventien andere toeristen tegen. „Ik vond het heerlijk om op vakantie te zijn, maar blijkbaar denkt nog niet iedereen daar hetzelfde over.”
Op Instagram vertellen meer van onze volgers hun verhaal.