Rechtvaardige wetten
Psalm 119:7
„Ik zal U loven in oprechtheid des harten, als ik de rechten Uwer gerechtigheid geleerd zal hebben.”
Ik wil aangeven wat deze wetten zijn die werden gegeven aan Israël in Sion, of in het heilige Land, in Juda of in Jeruzalem en hoe wij daarnaar moeten leven. Laten wij bedenken dat deze Wetgever heilig is en dat Zijn inzettingen en wetten daarom ook heilig zijn. Dit wordt bevestigd in de Psalmen: „Heere, Gij zijt rechtvaardig, en elkeen Uwer oordelen is recht. Gij hebt de gerechtigheid Uwer getuigenissen en de waarheid hogelijk geboden.” Zo ziet u duidelijk dat de inzettingen, wetten en geboden van deze Wetgever aan deze inwoners gerechtigheid, waarheid, recht, liefde en trouw zijn. Omdat gij een rechtvaardige Wetgever en rechtvaardige wetten hebt, moet u Hem in rechtvaardigheid dienen als u in dit land wilt wonen.
Dit zien wij ook in Psalm 118:19 en 20: „Doet mij de poorten der gerechtigheid open; ik zal daardoor ingaan, ik zal de Heere loven. Dit is de poort des Heeren, door dewelke de rechtvaardigen zullen ingaan.” U moet niet godsdienstig zijn, opdat u de milde gaven en giften van mensen zoekt, maar u moet Gods geboden onderhouden. Gelukkig is het volk dat zo eensgezind is gemaakt, dat naar waarheid van hen gezegd kan worden dat de inzettingen van de Heere nauwgezet betracht worden in hun land.
Thomas Watson, predikant te Londen (”Uitleg van Psalm 137:3-6”, 1661)