De opgepakte ex-leden van de Hells Angels worden verdacht van betrokkenheid bij het beramen van een moordaanslag op Heineken-ontvoerder Willem H. Onder de arrestanten bevindt zich de eerder deze week afgezette president van de Amsterdamse afdeling van de Angels. Hij zou plannen hebben gemaakt om H. in ruil voor 1 miljoen euro te liquideren.

De incidenten rond de motorbende met zijn afschuwelijke naam stapelen zich al tientallen jaren op. Wat in de jaren zestig begon als een Amsterdams clubje jonge stoere brommerliefhebbers, groeide uit tot een misdadige organisatie. De wandaden van de Hells Angels lopen uiteen van betrokkenheid bij een moordpartij in een Haarlems bordeel tot het mishandelen van tv-presentatoren die de ongeoorloofde activiteiten van de motorclub aan de kaak stellen. Ook hebben ze belangen in seksclubs en coffeeshops.

In februari van dit jaar werden de lichamen gevonden van drie Limburgse Angels, onder wie de president van die afdeling. De nationale recherche arresteerde in de maanden daarna elf Angels op verdenking van het plegen van de drievoudige moord.

De Hells Angels behoren duidelijk tot de onderwereld. Dat is niets nieuws. In 1995 omschreef de parlementaire enquêtecommissie-Van Traa de Nederlandse tak van de motorbende al als een crimineel netwerk. De Hells Angels hielden zich bezig met het produceren en verhandelen van synthetische drugs. Volgens de commissie-Van Traa was de motorclub een vrijplaats voor activiteiten zoals handel in drugs, wapens en gestolen auto’s en motoren.

Deze conclusies zorgden er gelukkig voor dat het beeld van de Hells Angels als een club van stoere Harley-Davidson-rijders verder werd bijgesteld. Maar al was justitie vele jaren goed op de hoogte van de activiteiten van de Amsterdamse club, toch werd er nauwelijks ingegrepen. Het clubhonk in Amsterdam lijkt een soort vrijplaats waar de Nederlandse regels niet van toepassing zijn. De motorbende leeft al jaren onder en boven de wet.

Dat is onacceptabel. Ingrijpen is hard nodig. Temeer daar internationale deskundigen de motorbendes zien als de grootste criminele bedreiging na de maffia. Er zijn namelijk grote overeenkomsten. Beide hebben een sterke hiërarchische structuur met eigen regels en straffen. Bovendien zijn fysiek geweld, intimidatie, broederschap en de omerta (zwijgplicht) belangrijke kenmerken.

Een extra gevaar is dat er steeds meer banden komen tussen de motorbendes en de bovenwereld. Zij investeren hun -met criminele activiteiten- verdiende gelden vooral in onroerend goed of horeca-instellingen. Ook bij de Hells Angels is daar sprake van. De motorclubs breiden hun werkterrein ook in geografisch opzicht uit. In Europa zijn ze in steeds meer landen actief.

Om te proberen een eind te maken aan de ondermijning van de Nederlandse rechtsstaat, dient justitie effectief op te treden. Zachte heelmeesters maken stinkende wonden.