Rechtbanken voorzichtig weer terug naar ‘normaal’
Verdachten en andere procespartijen worden vanaf 11 mei weer op beperkte schaal toegelaten in gerechtsgebouwen. Het gaat om rechtszaken waarin de fysieke aanwezigheid van procespartijen onmisbaar wordt geacht, meldt de Raad voor de rechtspraak donderdag. Ook worden de openingstijden verruimd, zodat zittingen ’s ochtends vroeg of in de avond mogelijk zijn, indien nodig.
Sinds half maart waren er nauwelijks rechtszaken door de huidige coronacrisis. Alleen strikt noodzakelijke zaken gingen door, bijvoorbeeld met een spoedeisend belang of waarbij de verdachte in de cel zit - dan moet er iedere drie maanden opnieuw naar de hechtenis worden gekeken.
Om weer op beperkte schaal mensen toe te laten, hebben de gerechtsgebouwen de zittingszalen ‘coronabestendig’ gemaakt, bijvoorbeeld door schotten van plexiglas te plaatsen. „Tegelijkertijd blijft het uitgangspunt om, daar waar mogelijk, de rechtszaken via de huidige (nieuwe) werkwijzen (telefonisch of via een videoverbinding) te behandelen, of schriftelijk af te doen”, aldus de organisatie.
Voorzitter Henk Naves laat weten dat momenteel de volgende stap wordt gezet „waarbij we de deuren ook letterlijk weer verder openen”. Hoeveel zaken fysiek behandeld kunnen worden, verschilt per rechtbank en de mogelijkheden die daar zijn. Publiek is nog altijd niet welkom bij zittingen.
Strafzaken, jeugd(straf)zaken en familiezaken hebben prioriteit bij fysieke behandelingen. „In bepaalde zaken is het noodzakelijk dat de rechter de ouders en een kind fysiek voor zich ziet, voordat de rechterlijke beslissing wordt genomen. Dat kan straks gelukkig weer”, aldus Robine de Lange, voorzitter presidentenvergadering en familierechter.
De Nederlandse verenigingen van strafrechtadvocaten NVSA en NVJSA noemen het „voorzichtig positieve ontwikkelingen”, die ze steunen. De advocatenorganisaties vinden het positief dat verdachten weer zo veel mogelijk hun eigen zittingen fysiek kunnen bijwonen. Ze dringen wel aan op overleg en samenspraak als rechtbanken strafzaken buiten kantoortijden, bijvoorbeeld ’s avonds, willen plannen.