Weer evacuaties om opgelaaide brand Nationaal Park de Meinweg
De hulpdiensten hebben dinsdagmiddag opdracht gegeven tot het evacueren van de, in de bossen van de Meinweg gelegen, woonwijk Reewoude. Ook moeten de paarden opnieuw weg uit manege Venhof en is camping het Elfenmeer wederom ontruimd. Dit alles omdat de brand in de Meinweg dinsdagmiddag door de felle wind opnieuw oplaaide. Eerder dinsdag dacht de brandweer de brand nog onder controle te hebben.
Op voormalig vakantiepark Reewoude wonen vele tientallen mensen tussen de bomen. Op de camping wonen slechts weinig mensen omdat die gerenoveerd wordt. De camping en Venhof waren in de nacht van maandag op dinsdag ook al ontruimd, maar later dinsdag konden mens en dier weer terug omdat de brand geblust leek. Zij moeten nu opnieuw het gebied verlaten.
Nadat de brandweer eerder dinsdag brand meester had gegeven, waren rond 14.00 uur weer hoge rookwolken zichtbaar vanuit het bos- en heidegebied tot in de verre omgeving. Sinds het uitbreken van de brand maandag is 170 hectare natuur verwoest.
Twee Duitse blushelikopters vliegen af en aan over het gebied. Ook de brandweer geeft weer groot alarm. De brandweer heeft extra blus- en waterwagens ingeschakeld. Er is een NL Alert verspreid met de oproep ramen en deuren te sluiten en uit de ’Meinweg weg te blijven.
„Elk half uur draait de wind”, zei operationeel leider Paul van Mullkekom van de Veiligheidsregio Limburg Noord dinsdagmiddag. „Nu eens oost, dan weer noord of noordoost. Daardoor flakkert het vuur steeds opnieuw op.”
De Limburgse brandweer bestrijdt het vuur met zo’n twintig blus- en watervoertuigen, aldus Van Mullekom. De inzet van de Duitsers is vele malen hoger: „De Duitse brandweer is massaal aanwezig aan beide zijden van de grens”, aldus Van Mullekom. „Hun inzet is een veelvoud van de onze.”
Staatsbosbeheer vreest dat er veel zandhagedissen, adders en andere reptielen en amfibieën om het leven zijn gekomen door de brand. „De brand had op geen slechter moment kunnen uitbreken als nu tijdens het broedseizoen”, zei boswachter Robert Ouwerkerk. Hij verwacht dat vogels, reeën, dassen en everzwijnen wel konden vluchten.