Boeren gebruikten de helft meer water vanwege recorddroogte
Boeren gebruikten in 2018 de helft meer oppervlakte- en grondwater dan een jaar eerder omdat ze hun land moesten besproeien in de uitzonderlijk droge zomer. Dat leidde tot hoge kosten. Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Ook de afgelopen zomer moesten boeren hun land beregenen vanwege droogte, maar daarover zijn nog geen cijfers bekend.
„Zo extreem droog als in 2018 is het in geen decennia geweest”, zegt Cor Pierik, landbouweconoom van het CBS. Ook in 2019 was er een neerslagtekort, maar dat was minder groot. Het kost een doorsneeboer per week „vele duizenden euro’s” extra om gewassen of grasland voor het vee te besproeien. Niet alleen de machines zijn prijzig, maar ook de daarvoor benodigde brandstof en arbeidskosten.
Desondanks maakten veel boeren de keuze om tot besproeien over te gaan, om een grotere financiële tegenvaller te voorkomen. Een deel van de boeren mocht van waterschappen hun land niet beregenen. Pierik ziet grote verschillen in opbrengsten tussen boeren die wel en niet mochten besproeien.
Ook huishoudens gebruikten meer water, al was de toename van 7 procent minder groot dan bij de boeren. Afgezien van deze uitschieter daalt het watergebruik van huishoudens al jaren, doordat huishoudelijke apparaten als wasmachines en vaatwassers zuiniger zijn geworden.