Niemand kan voorspellen hoe een wereld na corona eruit zal zien
In de eindeloze, en soms vermoeiende stroom berichten over het coronavirus, ontbreken ook de geopolitieke analyses niet. ”Hoe zal de wereld er na covid-19 uitzien?” ”Welke landen vertonen falend beleid?” Tot en met: ”Wie neemt straks de positie van supermacht in?”
Het doet een beetje denken aan de reacties na de aanslagen van 11 september 2001 in de Verenigde Staten. Vrijwel direct klonken toen al geluiden in de trant van: ”De wereld zal nooit meer hetzelfde zijn.” Natuurlijk waren die terreurdaden zeer ingrijpend en tot op de dag van vandaag zijn op veel terreinen de gevolgen merkbaar. Sommige ijkpunten in de geschiedenis tekenen zich ook vrij snel en overduidelijk af. Maar doorgaans zijn ze pas achteraf vast te stellen en vooral voer voor historici.
Hetzelfde geldt voor alle toekomstvoorspellingen die nu rondom het coronavirus worden gedaan. Dat begint al bij voorbarige evaluaties van maatregelen die regeringen hebben genomen om de pandemie het hoofd te bieden. Nog voor nieuwe richtlijnen hun effect ook maar enigszins hebben kunnen bewijzen, menen allerlei deskundigen –of mensen die menen dat ze dat zijn– al zinnige uitspraken over de uitkomst te moeten en te kunnen doen.
Daarbij wordt forse kritiek niet geschuwd. Zwart-witdenken lijkt de boventoon te voeren. Het land op slot doen is de enige mogelijkheid om de strijd met het virus aan te binden, menen sommigen. Anderen denken dat die maatregel de economie te gronde richt en achteraf volstrekt zinloos zal blijken te zijn. Werken aan groepsimmuniteit is het beste langetermijnscenario, stelt een groep wetenschappers. Ronduit misdadig en een veel te groot risico, wordt daar tegenin gebracht.
Feit is dat het voor dat soort evaluaties nog veel te vroeg is. Over het effect van overheidsmaatregelen op het aantal besmettingen –en uiteindelijk op het sterftecijfer– zal pas over enige tijd iets zinnigs te zeggen zijn. Die conclusies worden bovendien bemoeilijkt door het ontbreken van goed vergelijkbare statistische gegevens.
Dat geldt nog veel sterker voor het doen van voorspellingen over de geopolitieke verhoudingen die zich na het einde van deze crisis zullen aftekenen. Wie zich daar nu al aan waagt, loopt het risico de plank volledig mis te slaan en zich dus wellicht met zinloze bladvulling bezig te houden. Het is ook bepaald niet de belangrijkste vraag die de wereldwijde gemoederen momenteel bezighoudt.
Daar staat tegenover dat het evengoed zinloos is om al over een snelle terugkeer naar de dagelijkse routine te praten. Alsof we al zicht hebben op een tijdperk-na-corona. Ook daarvoor is het nog veel te vroeg. Het is in de eerste plaats zaak om verantwoordelijkheid te tonen en te nemen. Voor de situatie zoals die zich hier en nu voordoet. In het besef dat ons leven en onze toekomst in Gods hand zijn. En dat alleen Hij de loop van de geschiedenis bepaalt en de ijkpunten markeert.