Praktijkles in veranderen op school
Hoe krijg je een verandering van de cultuur op school om daarna ook de structuur of organisatie te kunnen veranderen? Die vraag stond donderdagmiddag centraal tijdens een les van schoolleidersopleiding Penta Nova in Gouda.
Het christelijke onderwijs kent een tekort aan leerkrachten en docenten. Ook voor schoolleiders zijn er vaak vacatures. Er komt anno 2020 nogal wat kijken bij zo’n leidinggevende functie, dus er zijn maar weinig leerkrachten of docenten die zonder enige opleiding directeur of leidinggevende worden.
Penta Nova noemt zichzelf de ”Academie voor Schoolleiderschap”. Het is een samenwerkingsverband van zeven hogescholen. Studenten kunnen in Rotterdam, Haarlem, Leiden, Gouda, Utrecht, Ede en Zwolle opleidingen volgen voor het middenmanagement of de schoolleiding in het basis- en voortgezet onderwijs.
Deze donderdagmiddag zitten er in een lokaal op de bovenste verdieping van Driestar hogeschool dertien studenten: twee mannen en elf vrouwen. Kerndocent Martin de Kock van Penta Nova heeft Jan Willem Muntendam (44) uitgenodigd om te praten over een veranderingsproces in de praktijk. Muntendam is sinds 2018 schoolleider op de rooms- katholieke basisschool De Wegwijzer in Woerden.
Voordat hij zijn presentatie geeft, krijgen de studenten van De Kock een opdracht: „Welke theorieën van veranderingsprocessen die wij in de afgelopen lessen hebben behandeld, hoor je terug in het verhaal van Jan Willem? Na de pauze bespreken we die.”
Muntendam trof anderhalf jaar geleden in Woerden een school aan met veel ambities. Hij somt wel zestien punten op waarop de school zich wilde profileren, waaronder onderwijs op maat, Engels vanaf groep 1, Spaans voor de meerbegaafden en thematisch onderwijs. „Het team is enorm gedreven, heeft hart voor de school en werkt zo hard dat sommige docenten zelfs op zondag nog voor de school aan het werk zijn. Maar kinderen moesten in de pauze hun eten en drinken mee naar buiten nemen om dat daar op te eten, omdat er onder de lestijden geen ruimte voor was. Het was niet meer behapbaar. Je krijgt dan dat bij sommige collega’s de klasdeurtjes letterlijk en figuurlijk wat meer dichtgaan: in de klas gebeurde iets anders dan wat er buiten de klas was afgesproken.”
Ontdekkend leren
Een van de profileringspunten was dat de school meedeed aan het programma Leren door Onderzoek en Samenwerken (LOS), een vorm van ontdekkend leren die werd toegepast voor wereldoriëntatie. „Dit was door de vorige directeur nogal top-down ingevoerd, de school was wat hiërarchisch ingesteld, dus het werd wel geslikt maar niet allemaal zoals afgesproken.”
Als jonge, startende schoolleider stond Muntendam voor de uitdaging om die hiërarchische cultuur te doorbreken. „LOS werkte niet goed. Ouders klaagden dat hun kinderen zo weinig leerden bij de wereldoriëntatievakken zoals aardrijkskunde. Toch zaten er heus wel goede elementen in het programma, die wilde ik niet kwijt. Natuurlijk had ik in mijn eentje een nieuwe methode kunnen uitzoeken, maar dat gaat in de praktijk niet werken.”
Muntendam ging het gesprek aan met het team. „Dat waren de leerkrachten niet gewend. Ze kwamen naar de teamvergadering met bakjes yoghurt en fruit. Die kon voorheen wel tot drie lang duren en bestond voor een groot deel uit luisteren naar de directeur. Terwijl ik dacht: Yes, we gaan in gesprek. Toen ik hun vroeg om samen op zoek te gaan naar een breed gedragen oplossing voor wereldoriëntatie, passend bij de onderwijsvisie, wisten ze daar in eerste instantie geen raad mee. Dan is het dus nodig om eerst eens te praten over hoe we voortaan vergaderen en besluiten.”
Er kwam binnen De Wegwijzer een gesprek op gang over wat het team nu eigenlijk echt wil bereiken met het onderwijs. „We gingen terug naar onze visie, onze missie, onze identiteit. Daar rolden uiteindelijk vijf ambities uit. De werkgroep wereldoriëntatie zette een enquête uit onder het personeel. Aan de hand van de resultaten heeft het team twee methoden voor wereldoriëntatie uitgekozen. Die zijn uitgeprobeerd en uiteindelijk is er één gekozen.”
Vragen
De presentatie van Muntendam roept bij de dertien studenten veel vragen op. Ze staan allemaal voor de klas, maken allemaal deel uit van een team op een basisschool. Coby vraagt: „Waren er ook mensen die het oude niet los wilden laten?” Muntendam: „Op zich was iedereen daar wel toe bereid, maar er waren wel collega’s die geen kans zagen om de bestaande praktijk te veranderen. Een vorm van onmacht eigenlijk.”
De schoolleider heeft in zijn verhaal laten doorschemeren dat er op De Wegwijzer elke week eigenlijk wel een vergadering of bijscholing is. Rapportenvergaderingen, ongeveer tien teamvergaderingen per jaar, tien collegiale werkmomenten en dan nog de leer-werkmomenten waarbij de werkgroepen voor de verschillende schoolontwikkelingen bij elkaar komen.
Verschillende studenten reageren: „Daar zal ik op mijn school maar niet mee aankomen: elke week een vergadering. Dat krijg ik er nooit door.” Muntendam: „Als je echt wat wilt verbeteren en vernieuwen aan het onderwijs op school, zul je wel regelmatig in gesprek moeten over de onderwijsinhoud. Het onderwijs maak je samen, dat doe je niet alleen.”
„Hoe ga je dan om met parttimers?” is de volgende vraag. Muntendam: „Qua procedures ben ik vrij star: wie aanwezig is op school, vergadert mee. Wie meevergadert, mag mee besluiten. Ben je afwezig, dan kun je niet de volgende vergadering terugkomen op een genomen besluit. Wie een onderwerp belangrijk vindt, moet ervoor zorgen dat hij aanwezig is.”
Lastig vond Muntendam de momenten waarop hij zelf al wel een oplossing in zijn hoofd had, maar hij zijn mond moest houden om zo de oplossing uit het team zelf te laten komen. „Maar de leerkrachten zijn de mensen die zoiets als een nieuwe methode uiteindelijk in de klas moeten uitvoeren. Daarom is het gigantisch belangrijk dat zij zelf een keuze maken, en niet ik.”
Blokkeren
In de pauze prijst Muntendam zich gelukkig met een team dat echt vooruit wil. „Ik heb op een andere school ook een situatie meegemaakt dat iemand mentaal al met pensioen is, maar in de praktijk daar nog tien jaar op moet wachten. Zo’n persoon wil alles bij het oude houden en alle verandering blokkeren. Met zo iemand moet je in gesprek gaan, maar het kan zijn dat er op den duur niets anders op zit dan afscheid van elkaar te nemen. Het kan niet zo zijn dat het hele team vooruit wil en dat één of twee personen dat proces blokkeren.”
Na de pauze buigen de studenten zich in groepjes van drie over de vraag welke veranderproces- sen ze hebben gesignaleerd.
Kerndocent De Kock vat het verhaal van Muntendam samen. „Veel scholen zijn puur bezig met structuren. Als we nu deze structuur, deze werkwijze, deze methode veranderen, komt het goed. Maar wat Jan Willem heeft laten zien is dat er ook een andere cultuur nodig is om die verandering echt te laten slagen. En dat gebeurt niet van de ene dag op de andere.”
Muntendam: „Dat klopt, het heeft mij echt wel een halfjaar gekost voordat ieder teamlid op een vergadering zijn of haar zegje durfde te doen.”
De Kock: „Geduld is een belangrijke eigenschap voor een schoolleider. Je wilt dingen morgen al veranderen, maar dat kun je vergeten. Het is nu februari, je hebt nog een paar maanden om te brainstormen over wat je in het volgende schooljaar veranderd zou willen zien.”
Muntendam: „Ik vind het prachtig om te zien dat een team zelf het onderwijs vormgeeft. Dat ik daar als directeur aan mag meewerken, is een voorrecht.”
„Ik leer hoe ik een school in de lift kan krijgen”
Student Coby van de Beek (48) volgt de eenjarige opleiding schoolleider basisbekwaam met veel interesse. „Het raakt de praktijk van alledag. Je leert om met een helikopterview naar het onderwijs te kijken. En hoe je als leider een school in de lift kunt krijgen door bijvoorbeeld het coachen van een team.”
Van de Beek heeft nog geen concrete plannen om binnen een bepaalde tijd op een bepaalde school directeur te worden. „Maar uiteindelijk wil ik wel wat met deze opleiding gaan doen. Het leidinggeven ligt mij wel.”
Van de Beek is nu drie dagen in de week intern begeleider (ib’er) voor de groepen 4 tot en met 8 op de Livingstoneschool, een protestants-christelijke basisschool in de Goudse wijk Bloemendaal. „Vanwege die functie volgde ik twee jaar geleden al een hbo master intern begeleider. Ik wil mij blijven verbreden en verdiepen in het onderwijs. Daarom heb ik nu ook voor deze opleiding tot schoolleider gekozen.”
Als schoolleider wil Van de Beek eraan meewerken om de christelijke identiteit op een school vast te houden voor de toekomst. „Missie is een groot woord, maar die christelijke waarden en normen vind ik wel heel belangrijk en waardevol.”
De Goudse is een zijinstromer in het onderwijs. Ze werkte eerst in het bedrijfsleven bij ABN AMRO, maar moest zo’n twintig jaar geleden het veld ruimen tijdens een ontslagronde bij de bank. „Ik kreeg een loopbaantraject aangeboden. Ik ging de pabo doen met de gedachte alleen de propedeuse te halen. Maar mijn eerste stage was een groot succes. Mijn stagebegeleider zei: „Dit moet je blijven doen.” Nu ben ik blij dat ik voor het onderwijs gekozen heb.”