Oppositiepartijen: handelsverdrag met Canada legt lat te laag
Het vrijhandelsverdrag van de Europese Unie met Canada (CETA) legt de lat te laag. Dat maakte de oppositie woensdag duidelijk in een debat in de Tweede Kamer over het verdrag dat de importtarieven afschaft. De tegenstanders van het verdrag denken dat de Europese standaarden erdoor omlaag zullen gaan.
Er moet opnieuw met Canada over het „vervuilende en dieronvriendelijke” verdrag worden onderhandeld, zei Isabelle Diks (GroenLinks). „We hebben een kans te breken met die oude grijze handelspolitiek die gedomineerd wordt door multinationals.”
Diks kwam onder vuur te liggen van de regeringspartijen inclusief de ChristenUnie, die twijfelt aan het verdrag. „GroenLinks geeft Canada geen kans”, verklaarde CDA’er Mustafa Amhaouch. Dankzij CETA wordt met Canada over verbetering van allerlei zaken gesproken zoals dierenwelzijn, aldus Arne Weverling (VVD).
„De tijd van CETA is achterhaald”, zei Mahir Alkaya van de SP. Het zorgt volgens hem niet voor oplossingen voor actuele problemen zoals de opwarming van de aarde. „Sluit een beter en eerlijker akkoord”, riep hij de regering op. Het verdrag is volgens Danai van Weerdenburg (PVV) slecht voor de boeren en zet de deur open voor oneerlijke concurrentie.
Het is een spannend debat voor het kabinet. Alleen VVD, CDA, D66 en het lid Van Haga hebben hun steun voor het akkoord uitgesproken. ChristenUnie stemde in 2016 nog tegen CETA, maar is een stuk minder kritisch dan toen.