Veerman zei zaterdag tijdens een CDA-conferentie over duurzaamheid in Utrecht dat de kritiek hem „in het boerenhart had getroffen.” Veerman, een CDA’er, heeft met zijn zoons een boerderij in het Zuid-Hollandse Goudswaard en een in Frankrijk. Veerman voerde vorige week als voorzitter van de Europese ministers van Landbouw overleg met de milieucommissie van het europarlement.

Volgens de Nederlandse minister van Landbouw heeft Europa minstens zo veel schuld aan de problemen waar de landbouw mee kampt als de boeren zelf. „Na de Tweede Oorlog was het doel kostprijsverlaging en volumevergroting in de landbouw. Alles was daarop gericht. We wilden dit allen. Nu lopen we tegen de grenzen aan. De sector moet een grote omslag maken. Daarvoor hebben we ook de boeren nodig. We moeten hen zien als partners en niet als schuldigen. Mensen in het nauw ontwikkelen geen creativiteit. Veerkracht is bepalend voor vernieuwing.”

Volgens Veerman is er in het buitenland veel waardering voor de prestaties van de Nederlandse land- en tuinbouw: „De minister van Landbouw is nergens zo geëerd als in het buitenland. Ze begrijpen niet dat zo’n klein land de tweede exporteur ter wereld is van agrarische producten en 10 procent van het bruto binnenlands product verdient met de landbouw. Ik heb zondag, maandag en dinsdag mijn Europese collega’s te gast op mijn boerderij in Goudswaard. Ik zal met hen over Nederland gaan vliegen en laten zien hoe wij dat doen.”

Veerman vaart maandag met zijn Europese collega’s door de Rotterdamse haven. Zondagavond startte de informele Europese landbouwraad met een diner op Veermans boerderij. Vanwege het mooie weer gebeurde dat in het open veld. Tijdens de borrel zong het Westlands Mannenkoor in de aardappelschuur. Op het menu stonden vooral Nederlandse producten.