Rotterdam start onderzoek
Burgemeester en Wethouders van Rotterdam zijn maandag al een onderzoek begonnen naar onder meer juridische aspecten van de garantstellingen die directeur Scholten van het Havenbedrijf Rotterdam deed. Het onderzoek -onder leiding van havenwethouder Van Sluis- loopt parallel aan het onderzoek dat de raad van commissarissen van het havenbedrijf maandag al aankondigde.
Dat maakte Van Sluis donderdag bekend tijdens een spoeddebat van de Rotterdamse gemeenteraad over de garantstellingen van in totaal 100 miljoen euro. Volgens de wethouder zou extern juridisch onderzoek een indicatie kunnen geven dat de inmiddels vertrokken directeur van het havenbedrijf het mandaat dat hij had onjuist heeft gebruikt. „Er bestaan op zijn minst twijfels. De garantstelling zou onbevoegd kunnen zijn en dus niet rechtsgeldig”, aldus Van Sluis.
De wethouder ging donderdag in op veel vragen van de gemeenteraad. Over feitelijkheden liet hij zich niet uit. „Feitelijke vragen zijn in onderzoek. Beantwoording daarvan zou de positie van de gemeente kunnen verzwakken.”
Van Sluis steunde het verzoek van de PvdA om een gemeentelijk onderzoek naar wat er precies is gebeurd, wat de schade is en wie waarvoor verantwoordelijk is. Het moet antwoorden geven op alle vragen van de raad.
De plaatselijke rekenkamer in Rotterdam gaat dit derde onderzoek uitvoeren. Dit hoewel een deel van de coalitie van Leefbaar Rotterdam, CDA en VVD dat niet wilde, vanwege uitlatingen van de directeur van de rekenkamer.
De PvdA verwacht „ten minste over vier weken de eerste bevindingen te kunnen bespreken. Dat is in het belang van het havenbedrijf”, aldus raadslid Kuijper (PvdA). Aan die termijn wilde Van Sluis zich echter niet binden.
Onder anderen A. Vlaardingerbroek van de ChristenUnie/SGP-fractie heeft Van Sluis inmiddels ertoe opgeroepen zijn functie als voorzitter van de raad van commissarissen van het havenbedrijf neer te leggen. Dit allereerst vanwege de verantwoordelijkheid tijdens het onderzoek naar de gang van zaken omtrent de verleende bankgaranties door directeur Scholten van het havenbedrijf aan RDM. „De wethouder brengt zichzelf in een onmogelijke positie.”
In een brief die voorzitter P. van Dijk van de plaatselijke rekenkamer van Rotterdam donderdag tijdens de raadsvergadering heeft uitgedeeld, staat dat de rekenkamerleden de garantstelling van 25 miljoen euro van het havenbedrijf aan de Rotterdamse Droogdok Maatschappij (RDM) niet wilden geheimhouden. Zij moesten dit echter van Van Sluis.
Van Dijk schrijft dat de geheimhouding verband hield met twee overwegingen van wethouder Van Sluis. Ten eerste wilde hij „zo veel mogelijk werkgelegenheid redden bij de RDM.” Daarnaast zou „eventuele publiciteit ernstige verstoring van het overleg met de staat over financiering van de Tweede Maasvlakte kunnen veroorzaken.”
