Opinie

Column: Geschenk groter door glimlach

De giftenmaand breekt weer aan. December is de maand van cadeaus, geschenken en giften. Het laatste onderzoek ”Geven in Nederland” (2017) laat zien dat er zo’n 5,7 miljard euro per jaar wordt gedoneerd, waarvan bijna de helft vanuit particuliere huishoudens. Kerk en levensbeschouwing ontvangt daarbij 1,1 miljard. Op afstand gevolgd door thema’s als internationale hulp, gezondheid en sport- en recreatiedoelen. In de economische wetenschap is het bestuderen van de ”economie van de gift” niet populair. Die richt zich vooral op wederzijdse relaties met een ruilverhouding. Ik betaal iets aan de ander, waarvoor ik een prestatie terugkrijg. De gift voldoet daar niet aan, vinden veel economen.

Dr. ir. Henk Kievit
5 December 2019 09:20Gewijzigd op 16 November 2020 17:40
De prijs bepaalt niet de waarde van een geschenk aan onze naaste. beeld Roos Koole
De prijs bepaalt niet de waarde van een geschenk aan onze naaste. beeld Roos Koole

Toch is er ook in de ”economie van het geven” wederkerigheid. In de Bijbel refereert het Hebreeuwse woord ”tsedaka” hieraan. Het duidt op het gebod om te geven aan behoeftigen. Geen vrijwillig geven dus, maar de verplichting tot het nemen van sociale verantwoordelijkheid voor armen.

De twaalfde-eeuwse rabbijn Maimonides beschreef hoe mensen kunnen voldoen aan de tsedaka-verplichting. Ruwweg is het ergste wat je kunt doen in het openbaar met tegenzin geven aan iemand die nergens om vroeg. Het allerbeste is een contractuele verplichting aangaan, en geld lenen of geven aan iemand waardoor die persoon zelf zijn of haar brood kan gaan verdienen.

Volgens de rabbijn moet liefdadigheid wederkerig zijn. De menselijke waardigheid moet centraal staan, dan worden de belangen van beide partijen in balans gehouden. Anders bestaat het gevaar dat het geven van giften en geschenken neerbuigend gebeurt.

Kortom, in de economie van de gift zijn deugdelijke karaktereigenschappen noodzakelijk. En over die deugden en waarden in de samenleving schreef de Schotse moraalfilosoof Adam Smith. Dit voorjaar verscheen zijn tweede meesterwerk van hem eindelijk in het Nederlands. Het boek ”De welvaart van landen” (1776) kreeg veel publiciteit. In dit boek maakt hij helder hoe de commerciële samenleving armoede bestrijdt en vrijheid vergroot.

Vorig jaar verscheen ”Theorie van de morele gevoelens” (1759): een prachtige inleiding in de ethiek. De tragiek van dit boek is dat het welhaast onopgemerkt bleef, terwijl dit noodzakelijk voorafgaat aan zijn economische beschouwingen. In zijn ethiekboek houdt Smith ons een spiegel voor. Hij gaat in op de morele gevoelens die mensen binden en de kracht van de samenleving bepalen. Hij beschrijft op aansprekende wijze de burgerlijke deugden – karaktereigenschappen – die de economie in de samenleving mogelijk maken. De belangen van onze medemens mogen we niet uit het oog verliezen. Daarvoor kunnen we niet zonder moreel kompas, het geweten. Smith stelt in zijn boek: „Alleen door het geweten kunnen we een gepaste vergelijking tussen onze belangen en die van anderen maken.”

Hoe werkt dit geweten? Wij willen dat onze medemens ons met respect behandelt. Daarom kijken we door de ogen van een denkbeeldige ”onpartijdige toeschouwer” naar onszelf. Hij kijkt als het ware met de blik van alle anderen tegelijkertijd, en daarom onpartijdig: verdienen we kritiek of goedkeuring? Wanneer deze toeschouwer ons gedrag goedvindt, zijn we tevreden met onszelf. Wanneer we dus giften geven aan die ander, zien we in gedachten iemand ons gedrag beoordelen. Dit activeert het geweten doordat we waarde hechten aan wat de ander vindt.

Nu geven wij hopelijk niet alleen geld of cadeaus, maar ook tijd en aandacht aan elkaar, bijvoorbeeld door vrijwilligerswerk. Dat is niet alleen deugdzaam, maar bouwt ook aan verantwoordelijkheid, solidariteit en vertrouwen en geeft kracht in de relaties onderling. Dit geeft een diep gevoel van betekenisvol geven met blijdschap en vreugde aan elkaar.

Als we deze maand extra aandacht besteden aan het schenken, bedenk dan om dit met een glimlach te doen. Want niemand is zo arm dat hij geen glimlach geven kan en niemand is zo rijk dat hij geen glimlach nodig heeft. De prijs bepaalt niet de waarde van een gift of geschenk aan onze naaste.

De auteur werkt bij Nyenrode en CHE.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer