Trump zet beurzen onder druk
De Europese beurzen zagen dinsdag de eerdere winsten goeddeels weer verdampen. De handelszorgen laaiden verder op nadat president Donald Trump had verklaard dat het misschien beter is om te wachten met een handelsdeal met China tot na de Amerikaanse presidentsverkiezingen volgend jaar. Eerder kondigde Trump al importtarieven op staal en aluminium uit Brazilië en Argentinië aan en dreigde hij met Amerikaanse heffingen op Franse producten.
De AEX-index op Beursplein 5 noteerde rond het middaguur 0,1 procent in de plus op 587,43 punten. De MidKap daalde 0,1 procent tot 873,07 punten. De beurzen in Parijs en Londen verloren tot 1,1 procent. Frankfurt steeg 0,3 procent.
Randstad (plus 1,1 procent) behoorde tot de kopgroep bij de hoofdfondsen. De uitzender kondigde tijdens een investeerdersdag aan tegen 2021 zeker 120 miljoen euro aan kosten te willen besparen. Randstad meldde verder dat de prestatie in het laatste kwartaal van dit jaar gelijk is aan de trend van eerder dit jaar en handhaafde de verwachting voor de winstmarge in 2019.
Sterkste stijger in de AEX was biotechnoloog Galapagos met een winst van 2,1 procent. Staalconcern ArcelorMittal sloot de rij met een min van 2 procent. In de MidKap ging kunstmestproducent OCI aan kop met een plus van 1,9 procent. PostNL stond onderaan met een verlies van 1,8 procent.
In Parijs stonden de Franse luxegoederenverkopers onder druk. Het Witte Huis dreigt onder andere met heffingen van 100 procent op wijn, kaas, champagne en handtassen uit Frankrijk als vergelding voor de ‘digitaks’ die Frankrijk heeft ingevoerd. Die belastingmaatregel treft vooral grote Amerikaanse techbedrijven. Louis Vuitton Moët Hennessy (LVMH) zakte 2 procent, Kering daalde 2,1 procent en Hermès verloor 2,7 procent.
In Milaan steeg UniCredit 0,8 procent. De Italiaanse bank schrapt 8000 banen en sluit zo’n 500 filialen om kosten te besparen. Daarnaast gaat de bank voor 2 miljard euro aan eigen aandelen inkopen.
De euro was 1,1071 dollar waard tegen 1,1084 dollar een dag eerder. Een vat Amerikaanse olie kostte 0,2 procent meer op 56,09 dollar. Brentolie werd een fractie goedkoper op 60,90 dollar per vat.