Binnenland

Ouderwetse janboel bij LPF

Het is weer een ouderwetse janboel bij de LPF. Partij en fractie rollen vechtend over straat. Partijbestuurders treden zó snel aan en af, dat niemand het meer bij kan benen. „U mag best weten dat ik dinsdagmorgen heb gehuild om wat er met deze club gebeurt.”

24 August 2004 10:52Gewijzigd op 14 November 2020 01:33
DEN HAAG – LPF kamerlid Varela (r.) luistert toe terwijl kamerlid Nawijn de pers te woord staat voor de ingang van de fractiekamer van de LPF. Op dat moment gistermiddag wachtte partijvoorzitter Belder tevergeefs op toegang tot het gebouw. Belder wilde
DEN HAAG – LPF kamerlid Varela (r.) luistert toe terwijl kamerlid Nawijn de pers te woord staat voor de ingang van de fractiekamer van de LPF. Op dat moment gistermiddag wachtte partijvoorzitter Belder tevergeefs op toegang tot het gebouw. Belder wilde

De meest bizarre gebeurtenis vond maandagmiddag plaats. Op een typische LPF-dag, waarop de chaos binnen de partij niet te overzien is, meldt de nieuwste, zelfbenoemde partijvoorzitter Belder zich aan het Binnenhof. Hij wil even bijpraten met de fractie. En hij komt de boekhouding van de partij ophalen, die naar zijn mening in Den Haag ligt.

Dat laatste blijkt al snel een misvatting te zijn. De financiële administratie van de LPF is in handen van het OM in Rotterdam. Doorgespeeld door oud-voorzitter Fabius, die ervan overtuigd is dat er met deze boekhouding gesjoemeld is.

Maar gênanter nog is dat Belder de fractieburelen niet binnenkomt. Niemand wil hem ontvangen. Kamerlid Nawijn, die de afgelopen maanden vanuit de fractie een vinger aan de pols moest houden in het partijbestuur, is woedend over het feit dat de bestuurders hem overal buiten hebben gehouden. Hij stuurt aan op een volledige breuk tussen fractie en partij.

Fractievoorzitter Herben is op deze cruciale dag in geen velden of wegen te bekennen. Wel laat hij in een persverklaring weten dat hij niet zozeer afstand neemt van het partijbestuur, als wel van de perikelen door dat bestuur veroorzaakt. Dat maakt Belder, almaar wachtend om binnengelaten te worden, woedend. „Ik bén geen perikel.”

Ondertussen heeft de voorzitter voldoende tijd om de toegestroomde pers te woord te staan. De tijden van Heinsbroek, Wijnschenk en Bomhof herleven als Belder onbekommerd zijn hart lucht. „U mag best weten dat ik dinsdagmorgen heb gehuild om wat er met deze club gebeurt. Maar ja, dit is het probleem van de LPF: we weten niet wat we willen.”

De nieuwste crisis binnen de LPF ontstond afgelopen zaterdag, toen het dagblad De Telegraaf meldde dat de FIOD een inval had gedaan in het partijkantoor. Het bericht, dat wellicht ingefluisterd is door kwaadwillende LPF’ers, bleek al snel niet juist te zijn. Maar dat wat wel waar is, namelijk dat het OM een onderzoek is begonnen naar mogelijke malversaties in de LPF-boekhouding, is al erg genoeg.

Het leidde tot een maandag vol aangekondigde en weer afgelaste persconferenties, tot een spoedbijeenkomst van de fractie, die later bij gebrek aan kamerleden per telefoon en e-mail werd afgedaan, en tot vele wederzijdse beschuldigingen tussen partij en fractie. De directeur van het partijbureau, Both: „De fractieleden bakken er weinig van. Ze hebben zich laten inkapselen door het politieke systeem.”

Het leidde tevens tot een dag die op geen enkel punt helderheid bood. Geen helderheid over het faillissement van de partij, dat door het vorige bestuur is aangevraagd en door de rechter niet gehonoreerd. Geen helderheid over de hoogte van de schuld van de LPF, die minimaal tussen de 250.000 en 600.000 euro moet bedragen. En al helemaal geen helderheid over de toekomst van de huidige partijorganisatie.

Waar moet het heen met de erfenis van Fortuyn? Nawijn denkt aan „een brede, fortuynistische beweging”, los van de LPF. „Misschien moeten we gaan praten met groeperingen die zich ook fortuynist noemen.” In dat idee vindt hij Ronald Sorensen van Leefbaar Rotterdam aan zijn zijde. „Misschien is het een naïeve gedachte, maar ik zie een soort federatie voor me van fortuynistische bewegingen, van iedereen die kritiek heeft op het huidige politieke systeem. Wat voor mij in elk geval vaststaat, is dat de LPF-fractie met de partij moet breken.”

Volgens Belder gaat dat zomaar niet. „Ze moeten hier in Den Haag niet denken dat ze zonder ons kunnen. Je kunt niet zomaar een hele partij aan de kant zetten.”

Maar een partijvoorzitter de deur wijzen, blijkt heel goed mogelijk. Na een halfuur wachten, druipt Belder af nadat hij van een fractiemedewerkster telefonisch te horen heeft gekregen „dat iedereen door de achterdeur is verdwenen.” Voor een leugentje deinzen ze bij de LPF niet terug: Nawijn en Varela zitten nog gewoon op hun kamer.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer