Ds. W. Silfhout 25 jaar predikant: zoeken naar het midden
Hij bekleedde meerdere functies in het kerkelijk leven en gaat voor in de breedte van de Gereformeerde Gemeenten. Altijd „op zoek om het evenwicht te bewaren.” Zijn 25-jarig ambtsjubileum staat in het teken van afscheid nemen van de verantwoordelijkheden.
Plotseling stond zijn leven stil, eind vorig jaar: een hartinfarct, gevolgd door een noodzakelijke operatie. Inmiddels voelt de 76-jarige predikant uit Capelle aan den IJssel zich weer vitaal, maar de gebeurtenissen bepaalden hem bij „de betrekkelijkheid van het leven. We kunnen ons over van alles druk maken, maar als de Heere erin blaast, houdt het op. Ik ben een vrij nuchter mens: ik mag weten dat mijn leven in Gods hand is. Maar dat zijn wel dingen die je moet beleven.”
Toen Wim Silfhout op 51-jarige leeftijd als predikant werd bevestigd, lag er al een loopbaan achter hem als jurist en leidinggevende bij gemeenten. De overgang vanuit het maatschappelijke leven naar de pastorie was best groot, herinnert hij zich. „Je komt in een beperkte omgeving terecht, een soort isolement. Toch heb ik nooit teruggewild. Dit was de weg die de Heere wilde dat ik moest gaan.”
Israël
Het werk in verschillende deputaatschappen hielp om „de blik wat breder te trekken.” Zijn hart lag met name bij kerkrecht en het werk van het deputaatschap voor Israël. Dat laatste was niet vanzelfsprekend. „Als beginnend predikant had ik eigenlijk geen oog voor Israël. Toen het deputaatschap werd opgericht, is mij gevraagd daar zitting in te nemen. Toen ging ik mij wat verdiepen en kwam ik toch tot andere gedachten, bijvoorbeeld over de uitleg van Romeinen 9-11. Er liggen nog beloften voor het Joodse volk en ik geloof vast dat de Heere die zal vervullen.”
Tot het einde van dit jaar is ds. Silfhout nog betrokken bij het werk van het deputaatschap. Regelmatig ging hij voor in de gemeente van Nazareth. „Twee keer bediende ik er de volwassendoop. Aan een ex-moslim in de Jordaan en aan een Joods meisje in het Meer van Galilea. Dat waren onvergetelijke momenten.”
In de loop van de jaren groeide er een band. „Het afscheid nemen vond ik best emotioneel. Maar de Heere gaat door met Zijn werk. Dat Maarten Dekker nu als predikant in Nazareth werkt, daar zie ik echt de hand van de Heere in.”
Meer en meer vallen de verantwoordelijkheden weg, nu ds. Silfhout afscheid neemt van diverse deputaatschappen. Het is goed, zegt de predikant. „Ik wil niet dat er een moment komt waarop ze zeggen: Die oude man moet maar eens opstappen.”
De overgang naar het emeritaat ervoer hij deels als een bevrijding. „Het werd steeds moeilijker voor me om onbevangen tegenover allerlei problemen in het pastoraat te staan. Wel mis ik met name de contacten met jongeren. Hun denkwereld gaat toch steeds meer aan me voorbij.”
Prediking
Zijn prediking is in de afgelopen kwarteeuw inhoudelijk niet veel veranderd, denkt de predikant. Zondagmiddag preekte hij in zijn eerste gemeente, Hendrik-Ido-Ambacht, over de tekst waarmee hij zich destijds aan het dienstwerk verbond: Jakobus 1:21b. „Als ik mijn preekschets vergelijk met de intrededienst, is de grondslag hetzelfde gebleven.”
Toch zien mensen in zijn omgeving wat ontspanning sinds zijn emeritaat. „Ik hoor terug dat ik vrijer preek, misschien ook wel wat ruimer. Als gemeentepredikant en consulent worden je preken gevormd door gemeenten die je dient. Je legt dan bewuster bepaalde accenten. Dat heb ik nu niet meer zo.”
Ds. Silfhout wil staan in de lijn van „de prediking die onze gemeenten kenmerkt. Dat is trinitarische prediking. Aan de wortel ervan ligt het welbehagen van de Vader. Maar ook christocentrisch: altijd heenwijzen naar de enige Naam. Want met al onze goede bedoelingen, pogingen en bevindingen kunnen wij niet voor God verschijnen. En de toepassing van de Heilige Geest is van groot belang: om te laten horen hoe een zondaar deel krijgt aan wat Christus verworven heeft.”
De predikant wordt gevraagd en gaat voor in de breedte van het kerkverband. „Daarin heb ik altijd geprobeerd het midden te zoeken. Niet om daarmee allerlei problemen uit de weg te gaan, maar om het evenwicht te bewaren. Tegen mijn catechisanten zei ik wel eens: Wat gebeurt er als ik iedere zondag in de prediking alleen benadruk dat er een eenzijdig wonder moet gebeuren? Dan wordt de gemeente lijdelijk. Maar wat als ik iedere zondag alleen de menselijke verantwoordelijkheid benadruk? Dan krijg je een gemeente vol ‘gelovige’ mensen. Het gaat erom het evenwicht te zoeken. We mogen onze eigen stokpaardjes niet berijden in de prediking. Het kan heel dienstbaar zijn om in series te preken, dat dwingt je om over teksten te preken die je zelf niet snel zou kiezen.”
Toekomstverwachting
Jarenlang schreef de predikant over ontwikkelingen in de samenleving. Optimistisch is hij wat dat betreft niet over de toekomst: „Men zal alleen maar minder willen accepteren dat de kerk een eigen plaats inneemt in de samenleving.”
Maar hopeloos is hij evenmin. „Deze donderdagavond preek ik in een herdenkingsdienst over Psalm 33:11: „Maar de raad des Heeren bestaat in eeuwigheid, de gedachten Zijns harten van geslacht tot geslacht.” In die woorden ligt ook toekomstverwachting voor onze jongeren.”
Ds. W. Silfhout
Wim Silfhout werd op 30 augustus 1943 in Rhenen geboren. Het ouderlijk gezin behoorde tot de Oud Gereformeerde Gemeenten in Nederland. Silfhout werkte onder meer als directeur algemeen bestuur bij de gemeente Amersfoort. Ook was hij betrokken bij de oprichting van de Reformatorisch Maatschappelijke Unie (RMU). In 1990 werd hij toegelaten tot de predikantsopleiding van de Gereformeerde Gemeenten. Hij diende de gemeenten van Hendrik-Ido-Ambacht en Capelle aan den IJssel-Middelwatering. Ds. Silfhout was docent aan de Theologische School, vijfmaal moderamenlid van de generale synode en lid van diverse deputaatschappen. Het echtpaar Silfhout woont in Capelle aan den IJssel, heeft een gehuwde zoon en een kleindochter.