„Prinsjesdag is de viering van de democratie”
Prinsjesdag verbindt. Wat hebben mensen met de derde dinsdag in september? Hoe denken ze over deze dag? Wat voelen ze erbij? Drie antwoorden.
„Controlerende functie in geding”
Ronald van Raak (49)
Tweede Kamerlid voor de SP
„Prinsjesdag vind ik buitengewoon gezellig. Je spreekt tal van mensen die je doorgaans niet ziet. Ik neem elk jaar iemand anders als gast mee, dit jaar een goede vriend van me.
Helaas weten we vaak al wat de koning gaat zeggen. Ik heb bezwaar tegen dat traditionele lekken vanuit de regering. Want de media vragen dan aan Kamerleden om een reactie op plannen waar wij nog niet over ingelicht zijn. De Tweede Kamer kan dan niet zijn controlerende functie uitoefenen.
Nederland heeft niet per se een koning nodig. Dat had wat mij betreft ook een gekozen staatshoofd kunnen zijn. Als daar nu verkiezingen voor werden gehouden, werden de koning en koningin gewoon gekozen.
Elk jaar duiken er onverwachte kosten van het koningschap op. Denk aan de koninklijke inventaris. De regering moet nu echt eens openheid van zaken geven. Als de begroting voor het koningshuis al niet klopt, hoe zit het dan met de Miljoenennota?”
„Belangstelling volk ontroerend”
Justine Marcella (48)
Hoofdredacteur Vorsten
„Net als Koningsdag is Prinsjesdag de viering van de democratie, als je het mij vraagt. Typerend voor Koningsdag is het uitbundige vrijdagmiddaggevoel, terwijl ik Prinsjesdag op de zondagochtend vind lijken: waardig, fatsoenlijk en gericht op ceremonie. Een verschil van toon dus.
De politiek mag buiten beeld blijven op Prinsjesdag. Politici geven het hele jaar al hun mening. Statements doen geen recht aan de waardigheid van de dag. Niemand zit te wachten op een hoed van gerecyclede autobanden.
Het Koningshuis beperkt zich niet tot louter ceremonie. Willem-Alexander en Máxima leggen accenten door hun werkbezoeken.
Tijdens Prinsjesdag geniet ik vooral van de belangstelling van het volk. Het is ontroerend dat mensen al voor dag en dauw langs de route staan voor het koningspaar. Mijn grote vraag voor Prinsjesdag is natuurlijk: zit-ie er nog aan, of heeft de koning zich geschoren?”
„Gewend aan miljardenbesteding”
Ds. W. A. Zondag (46)
Predikant geref. gemeente Woerden
„Ik moet bekennen dat Prinsjesdag mij steeds minder heeft te zeggen. Tot mijn schaamte moet ik zeggen dat ik ”de derde dinsdag” niet eens in de kerkdienst van afgelopen zondag heb genoemd.
Blijkbaar ben ik eraan gewend dat er miljarden kunnen worden besteed aan ons onderwijs, onze gezondheidszorg en onze sociale zekerheid. Wat een overvloed. Zijn wij met z’n allen niet als die rijke man, „levende allen dag vrolijk en prachtig”? Het moet ons toch verootmoedigen voor onze Schepper, Die ons zo veel meer geeft dan een droge boterham.
Tegelijkertijd zou de nood van onze (verre) naasten ons meer moeten bezighouden. In het gebed voor ons dagelijks brood ligt immers ook de nood van de armen op deze wereld besloten. Jezus was met ontferming bewogen toen Hij de hongerende mensen zag. En wij? Laat Prinsjesdag voor ons een dag van verootmoediging worden. Een preludium op de dankdag voor gewas en arbeid.”