Europese beurzen houden plussen vast
De Europese beurzen zijn maandag met kleine winsten gesloten. Het sentiment werd gedrukt door een nieuwe ronde importtarieven op Chinese producten door de Verenigde Staten. Daar stonden beter dan verwachte cijfers over de Chinese industrie tegenover. De handelsvolumes op de beurzen waren beduidend lager dan gemiddeld. Beleggers moesten het doen zonder impuls vanuit New York. Wall Street is maandag gesloten vanwege Labor Day.
De AEX sloot 0,2 procent hoger op 559,71 punten. De MidKap verloor juist 0,3 procent tot 809,65 punten. De graadmeters in Frankfurt en Parijs gingen tot 0,2 procent vooruit. Londen steeg 1,1 procent.
Dit weekend gingen nieuwe Amerikaanse importheffingen in op Chinese goederen zoals schoenen, kleding en andere consumentenproducten. Peking sloeg direct terug met tarieven op Amerikaanse goederen. De landen zijn nog wel in overleg. Marktonderzoeker Caixin/Markit kwam met beter dan verwachte groeicijfers over de Chinese industrie. Een vergelijkbare graadmeter van de Chinese overheid toonde voor augustus wel een lichte krimp.
Bij de hoofdfondsen in Amsterdam was informatieleverancier RELX de sterkste stijger met een plus van 1,7 procent. Randstad won 1,6 procent na een positief analistenrapport. Verzekeraar ASR sloot de rij met een min van 3,8 procent.
Air France-KLM sloot 0,1 procent lager. De staking door grondpersoneel op Schiphol zorgde voor annulering van 62 vluchten.
Europese bedrijven die zijn blootgesteld aan de nikkelmarkten wisten de aandacht op zich gericht. Het metaal noteert op het hoogste peil sinds 2014, na een uitvoerban door Indonesië. Producent van nikkellegeringen Aperam steeg 2,2 procent, en was daarmee een van de grootste stijgers in de MidKap.
In Parijs klom CGG 14 procent, nadat de branchegenoot en partner van bodemonderzoeker Fugro zijn verwachtingen had opgevoerd. Fugro ging op het Damrak 0,2 procent vooruit.
In Londen verloor winkelbedrijf Marks & Spencer 1,4 procent. Het 135 jaar oude bedrijf dreigt zijn positie in de leidende FTSE100 te verliezen.
De euro was 1,0966 dollar waard, tegen 1,0990 dollar op vrijdag. De prijs van een vat Amerikaanse olie zakte 0,8 procent tot 54,65 dollar. Brentolie kostte 1,3 procent minder op 58,46 dollar per vat.