Toepassing
Jesaja 28:18
„En ulieder verbond met de dood zal te niet worden, en uw voorzichtig verdrag met de hel zal niet bestaan; wanneer de overvloeiende gesel doortrekken zal, dan zult gijlieden van denzelven vertreden worden.”
Ik heb nog een last voor u, die u volkomen volbrengen moet. Voor hen die nooit in dit bedehuis opkomen, die onbekeerd en onbekommerd voortleven, hetzij ze zich in de nabuurschap van uw woningen of in uw eigen huizen bevinden. Zeg hun wat u is voorgesteld. Zeg hun –niet in de naam van een mens, maar in de Naam van God– dat God hen heden laat verkondigen dat zij buiten Christus eeuwig zullen omkomen. Ik leg dit voor uw rekening; misschien wil de Heere deze last gebruiken tot een middel van opwekking voor deze of gene, door de Heilige Geest. Maar dit gaat u niet aan, volbreng uw last, en zeg hun dat zij met alles wat Christus niet is, beschaamd zullen uitkomen.
Maar u zult niet beschaamd worden, nee. Ook dan niet, wanneer een ander alles ontzinkt in de ure des doods. Dan zult u opgenomen worden in het Sion hierboven, de eeuwige stad Gods, waar de Heere, de almachtige God, en het Lam de tempel zijn, waar de heerlijkheid Gods het licht en het Lam de kaars is. In dat licht zullen de volkeren die zalig worden eeuwig wandelen; en ze zullen Zijn aangezicht zien. En Zijn naam zal op hun voorhoofden zijn, en zij zullen als koningen heersen tot in alle eeuwigheid (Openbaring 22:5). Amen.
Ds. G. F. Gezelle Meerburg, predikant te Almkerk (”Levenslessen, preek over Jesaja 28:15-18”, 1848)